547
Onder het oog van den meerdere zal dit misschien gebeuren,
maar achter iedere terreinplooi en straks in de kazerne zal
een fuselier opmerkingen ten beste geven, zoo raak en pittig,
dat bij de toehoorders deze oefening voorgoed belachelijk is
gemaakt.
M. i. kan men haar ook slechts enkele malen tot in de uiterste
consequenties doorvoeren. Men zal het nut er van den manschap
pen goed laten zien door bv. 2 sectiën in stelling te leggen en
2 andere een aanval te laten doen over 'n uitgestrekt, daartoe
geschikt terrein: eerst volgens de verouderde methode (van ons
exercitiereglement), met sprongen door minstens een sectie tegelijk
en gesloten soutiens, en daarna volgens de nieuwe, de Boerenme-
thode (in den geest van 87 van het aanhangsel schiet voorschrift).
De verdedigers zullen de overtuiging meenemen, dat zij in het
eerste geval vrij wat meer treffers zouden gemaakt hebben. In
dien zij nu bij volgende gevechtsoefeningen het geleerde zoo min
mogelijk verwaarloozen, moet men in de practijk tevreden zijn.
De vijandelijke projectielen zullen het overige wel doen. Echter
moet men ten allen tijde en overal vergen, dat een man zijn
vizier stelt en richt. Dit zal hij in werkelijkheid niet doen, het
is eene illusie en hem zoover te brengen, dat hij mechanisch
richt onder de sterk zenuwschokkende of opwindende invloeden,
is óók eene illusie maar noodig is het toch hem steeds hierin
te oefenen, opdat hij ten minste zoolang mogelijk het geweer in
den goeden aanslag brenge.
Zullen onze Europeesche fuseliers met geestdrift en met vertrou
wen den strijd aanbinden met een buitenlandschen tegenstander?
Velen niet.
Zij zullen het bij een algemeenen aanval op moederland en
koloniën betreuren, dat zij niet vechten in hun eigen land, en
zij weten dat de tegenpartij overmachtig zal zijn.
Maar men zal hen er op wijzen, dat hunne voorvaderen eeu
wen lang voor het behoud van de met veel bloed gewonnen
koloniën hebben gevochten en dat de Hollanders niet gewoon
zijn zonder strijd hunne bezittingen prijs te geven. Zij zullen
vechten om die tradities hoog te houden, voor hun recht en
voor hun Koningin.