589 zijn afdeeling dadelijk rechts of links van de spits en marcheert met het geheel door, wanneer hij het door zijn afdeeling in genomen front voldoende breed achtin het tegengestelde geval wacht hij den hoofdtroep enz. in. De commandant van den hoofdtroep handelt op gelijke wijze. Wordt nn doorgemarcheerd, dan geschiedt dit in dezelfde formatie (breed front, in groepen opgelost). Vuurt de vijand, en dit gebeurt meestal, dan wordt zoo spoe dig mogelijk verspreid, ondanks sawah, paja, modder of alang- alang. Het is dwaas om met verspreiden te wachten totdat verliezen intreden. Men heeft hier niet alleen het tactisch voordeel eener dunne linie, maar ook het moreel voordeel, dat de zenuwachtige vijand niet weet welk mannetje hij tot mikpunt zal nemen en slechts let op de hoeveelheid zijner schoten. Het oprukken in de bovengeschetste gevechtsformatie geeft onzen soldaten de geruststelling, tegen elk koopje klewang- aanval gevrijwaard te zijn, want elke hinderlaag wordt ontdekt. Door op 100 M. van den gampongrand halt te houden enz., is men nog niet gereed voor het gevecht en dikwijls heeft men dan nog niets ondekt. Verliezen kunnen wij in beide gevallen krijgen, doch in het laatste geval toch zeker meer. Tegen klewangaanvallen is bovendien geen betere formatie te bedenken. Ten slotte zij er nog op gewezen, dat de opleiding van den soldaat eenvoudiger wordt, omdat men, door te handelen als door mij aangegeven, het geleerde tegenover een B. V. niet behoeft te wijzigen, zoo men optreedt tegen een I. V. Dat moet toch ook een voordeel worden genoemd, al verschillen de redenen eenigszins, waarom men zoo optreedt. Immers tegen den B. V, wordt de opgeloste formatie aangenomen, met het oog op het vijandelijk vuur; tegen den I. V, met het oog op zijn vuur en zijn flankaanvallen met het blanke wapen. In diezelfde formatie wordt nu doorgemarcheerd en het be dekte terrein of de gampong doorzocht; dan zal aan de aandacht der patrouilles niets ontgaan. Het geval dat zich zou kunnen voordoen, nl. dat de troep of colonne terug moet, kan m.i. buiten beschouwing blijven. Toch is door den schrijver juist aan dat geval bijzondere aandacht ge-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1904 | | pagina 605