731
Indien wij goed zijn ingelicht, wordt, en dan zekei om te
dienen als pleister op de wond, aanteekening gehouden van de
o-evallen, door de wetswijziging van 1895 gebracht onder art. 8l,
om te kunnen „vervolgen" en „verhalen" zoodra het K. B. daar
toe machtiging zou geven. Hij, die gelooft dat de wetgever
een zoodanige inbreuk op onze rechtsorde zal toestaan, diens
naïviteit overtreft die van een kind.
In het kort komt het verschil in wijze van vervolging van
ordonnateurs en comptabelen hierop neer, dat voor genen de
eindbeslissing der procedure is opgedragen aan den Gouverneur
Generaal, met recht van beroep op de Kroon, voor dezen aan
de Algemeene Rekenkamer, met recht van herziening door de
geheele Kamer.
Het spreekt echter vanzelf, dat in de practijk voor de talrij e,
weinig beduidende zaken, waarbij de bevoegdheid tot het stellen
van schadevergoeding uit art. 82 voortspruit, eene nadere rege
ling is getroffen, om de vrij ingewikkelde procesorde op den grond
slag van beslissing door den G. G. en beroep op de Kroon te ver
mijden. Deze regeling kan uit den aard der zaak geen inbi eu
maken op het door de wet toegekende recht, en zoo moet hare
groote kracht dan ook worden gezocht in het rechtsbewustzijn van
den schuldige, dat leiden zal tot erkenning van aansprakelijkheid.
Tot recht begrip van de zaak hebben wij gemeend deze be
schouwingen aan de bespreking van het eigenlijk onderwerp te
moeten doen voorafgaan.
De administratie bij compagnieën en korpsen, te voeren over
eenkomstig de daarvoor geldende instructiën, is omslachtig en
onlogischde administratieve verhouding tusschen korps- en
compagniesadministrateur bovendien onwettig.
Omslachtig, omdat het aanhouden van dezelfde boeken en regis
ters èn door den compagniescommandant èn door den kwartier
meester door een enkel stel kan worden vei vangen
onlogisch, omdat de sergeant-majoor, door den ontwerper der
compagniesinstructie tot len klerk aangesteld, door koning Piac-
tijk tot compagniesadministrateur is bevorderd;
onwettig, omdatdoch dit is niet in een paar woor
den weer te geven; wij zullen hierbij langer dan bij de eerst
genoemde bezwaren stilstaan.