754: a twee compagnieën. Wat is het gevolg van deze laatste han deling Tijdverlies en eene vermindering van de kracht zijner infanterie, want een deel hiervan moest achterblijven om de artillerie te beschermen 1). Levert het terrein hier en daar moeilijkheden voor de artil lerie op, dan ziet men, in den regel, dat wapen weer achter- olijven en de rest van de colonne trekt maar lustig door, die lastige artillerie vrijwel aan haar lot overlatende. Is 104 van het Y.Y. den voorhoedecommandanten dan onbekend? Moet de voorhoede dan niet de hindernissen in den marschweg opruimen 9 Zeker, het is gemakkelijker de artillerie de schuld te geven, maal laten wij eens oprecht zijn. Wie deelt de artillerie bij de colonne n? De partijcommandant immers. Deze kan toch op de kaart nagaan, wat hij aan de artillerie zal hebben, in verband met zijne opdracht! Is hij overtuigd, dat die artillerie hem voordeel zal aanbrengen, dan wordt zij medegenomen. Bemerkt de partijcommandant, dat de voorhoede hare ver plichtingen met nakomt, dan is het in de eerste plaats aan hem om in te grijpen en maatregelen te nemen, dat de artillerie mee van, zonder de bespanningen af te beulen. Maar niet alleen de partijcommandant is dan de schuldige; ook de artilleriecomman dant schiet in zijne verplichtingen te kort en op beide omstan digheden wordt bij manoeuvres nooit ernstig gewezen. Is derhalve het terrein afwisselend open en bedekt en boven- 1) De ook blijkens de beide volgende alinea's blijkbaar door den snbrnW bereiken taotiscb doel, maar evenzeer met de gesteldheid Ier der oefening tot in bijzon- daarbij niet alleen met het te van het terrein rekening moet houden. wmu«.uuaui maar uy uen ïeiaer Derust. Red.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1904 | | pagina 138