DE KORPSEN It.4RIS.4N VAN MADOERA.
Hoewel de titel, aan het hoofd van dit opstel geplaatst, meer
belooft dan in werkelijkheid het geval zal zijn, daar voorname
lijk het korps barisan te Bangkalan de gegevens heeft geleverd
tot het onderstaande, zoo heeft het behandelde toch ook betrek
king op de korpsen van Pamekasan en Soemenep, daar de toe
standen, hieronder geschetst, voor al die korpsen al zeer weinig
uiteenloopen.
Bij ervaring wetende hoe weinig bekend deze troepen bij het
leger zijn, komt het mij niet ondienstig voor, hierover het een
en ander mede te deelen, waardoor dan ook wellicht de dwa
ling zal ingezien worden van hen, die meenen, dat deze troepen
slechts op éen lijn gesteld kunnen worden met de korpsen pra-
djoerits, die vroeger allerwege op Java werden aangetroffen.
De Madoereesche vorsten waren ten allen tijde zeer bevriend
met de O. I. Compagnie en later met het Ned. Ind. Gouverne
ment, terwijl bij verscheidene groote expedities afdeelingen Ma
doereesche hulptroepen, dikwijls onder het bevel van hun eigen
vorsten, belangrijke diensten bewezen hebben.
In de Javaansche successieoorlogen, in 1811 bij de landing
der Engelschen, in den Java-oorlog van 1825 1830 zien we
Madoereesche hulptroepen aan de geregelde korpsen van het
leger toegevoegd, en het scheen dat men over de diensten door
hen geleverd niet ontevreden was, daar na de beëindiging van
den Java-oorlog, bij resolutie van de Indische Regeering d.d.
29 September 1831, gewijzigd bij die van 26 Mei 1835, met de-
vorsten van Madoera een contract werd gesloten, waarbij de
zen verplicht werden tot het oprichten en instandhouden van
gewapende korpsen, die door hen aangeworven, betaald en ge
kleed en door het gouvernement bewapend zouden worden, met
de bepaling, dat de Indische Regeering ten allen tijde over die