795
Bfj de tegenwoordige mengsels gaat het wel niet aan om zon
der meer de ladingsgewichten met elkaar te vergelijken, doch
zij geven toch eenigen maatstaf. Voor de reeds meer genoemde
vergelijkingsgeweren bedraagt het ladingsgewicht resp. 2.5— 2—
2.48—1.95 en 2.14 G-. Zij ontloopen elkaar dus niet veel meer
dan 0.5 G-. Veel geringer zullen de ladingen niet worden, want
aan de projectielen der aller-kleinst-kaliber geweren moet een
groote Vo op hun baan medegegeven worden, anders wordt de
uitwerking op de verdere afstanden onvoldoende, tenzij het mo
gelijk mocht blijken andere mengsels samen te stellen, die aan
kleiner gewicht grootere spankracht der ontwikkelde gassen
paren, zoodat bij geringeren inhoud minstens dezelfde werking
wordt verkregen. Het Giffardsche denkbeeld, om tot vloeistof
samengeperste gassen voor dit doel aan te wenden, mag beschouwd
worden als geheel onuitvoerbaar voor oorlogswapens.
In verband met de zoo juist opgemerkte daadzaak kunnen
ook de hulzen, die het volume aan kruit moeten kunnen bevat
ten en bovendien een ledige ruimte overhouden, niet veel in ge
wicht van elkaar verschillen.
Von Wuich wijst er in zijn meer aangehaald werkje reeds op,
dat, bij behoud van dezelfde ballistische eigenschappen als de
patroon M. 77 van het Oostenrijksche Werndl-geweer, de hul
zen van 8.7 en 6 m.M. geweren resp. 39%, 42% en 46% van
de geheele patroon moeten wegen, d.w.z. in betrekkelijk gewicht
toenemen.
Natuurlijk heeft men naar middelen omgezien om dit bijzonder
groot dood gewicht belangrijk te verminderen. Zelfverbrandende
en gasontwikkelende hulzen met metalen bodem werden samen
gesteld, doch gaven geen afdoende uitkomsten. Ook aluminium-
hulzen voldoen tot heden niet.
Alles samenvattende, moet erkend worden, dat, in vergelijking
met het gewicht van de patroon van het Nederlandsche geweer
M. 70/79 van 42.5 G., de patroon van het 6.5 m.M. Italiaansche
geweer met haar 22 G. een zeer groote stap beteekent in de
richting van lichte munitie; doch het is voorloopig onjuist te
beweren, dat door voortgaande kalibervermindering het voor
deel ook evenredig zal toenemen. Het teruggaan van 11 m.M.
(Beaumont) op 8 m.M. (Duitschland) gaf de sprong 42.5 27.5