890
regelen de aanvulling der opleidingsbat. (comp.) uit de depotbat.
en der aanvullingsbat. (comp.) uit de opleidingsbat
2o. De commandanten der veldbat. op Java en ter S. W. K. doen
den len van elke maand telegrafisch mededeeling aan den afd.
commandant (mil. commandant):
a. van het aantal voor aanvulling beschikbare valiede Euro
peanen, Amboineezen en inlanders (graadsgewijze)
b. van het aantal Eur., Amb. en inl. fuseliers van de oplei-
dingscomp. dat daarbij het langst is ingedeeld, met ver
melding van het aantal maanden.
3o. De commandanten der depotbataljons doen den len van elke
maand telegrafisch mededeeling aan den afdeelingscommandant
van het aantal recruten, dat beschikbaar is voor indeeling; indien
echter de indeeling steeds bij éénzelfde korps plaats heeft, blijft
deze opgave achterwege en regelt de commandant van het depot
bataljon den overgang der afgeëxerceerde recruten.
4o. De korpscommandanten, niet genoemd sub 2e en 3e, vragen
zoo spoedig mogelijk in het begin van elke maand de benoodigde
aanvulling telegrafisch aan en wel:
a. de korpscommandanten in Atjeh aan den mil. commandant
van S.W.K. of aan den commandant der le mil. afd., inge
volge het daaromtrent door den mil. commandant van Atjeh
bepaalde
b. de korpscommandanten in het Westelijk deel van den archipel,
met inbegrip van West-Borneo en de Ie mil. afd., aan den
commandant van genoemde afdeeling, behalve die te Ben-
koelen en ter Sumatra's Westkust, welke zich wenden tot
den mil. commandant van laatstgenoemd gewest
c. de korpscommandanten in de He mil. afd. tot den afd. com
mandant
cl. de korpscommandanten in het Oostelijk deel van den archipel
tot den commandant der Hie mil. afdeeling.
5o. De afd. commandanten (gew. mil. commandanten) kunnen
een regeling treffen, waarbij aan de commandanten van bepaal
de compagnieën en detachementen wordt opgedragen om de be
noodigde aanvulling rechtstreeks aan te vragen.
6o. De chef van het W. d. I. bepaalt welke onderdeelen van
zijn wapen uit niet-valiede militairen zullen bestaan, c. q. hoe