1007
niet door de nevenwerken ondersteund kan worden. Het Noor
derfront vorrnt het zwakste gedeelte van den gordel en het was-
ook hier, dat de Japanners in 1894 doorbraken. Daarom werd
vóór dit front een tweede linie gelegd, zich uitstrekkende van
hoogte 212 in de richting van To-dsa. Gegevens omtrent de
werken dezer voorgelegen linie troffen wij niet aan.
d. Het Westfront. Het Zuidelijk deel van het Westfront
komt waarschijnlijk overeen met de oude Chineesche linie. Tus-
schen hoogte 110 eh den Witte-Wolf-Heuvel liggen 4 of 5 wer
ken, waarvan de constructie ons niet bekend is, bewapend met
3540 kanonnen (meest van 15 c.M.) en eenige mortieren. Om
trent de versterking van de ruimte tusschen het West- en
Noordfront ontbreken de gegevens.
De geheele gordel is 22 K.M. lang.
Binnen den gordel liggen op den 148 M. hoogen Wachtelberg
twee werken, bestemd voor de verdediging van het Lunche-dal,
den daardoor voerenden weg en de spoorbaan.
Yóór den gordel liggen afzonderlijke batterijen en tijdelijke
werken, welke voor een deel eerst werden aangelegd bij het
uitbreken van den oorlog. Het zijn meest steunpunten voor den
strijd om het voorterrein. Van meer beteekenis zijn de batterijen
aan de Duivenbaai, die een beschieting van Port-Arthur van
uit zee moeten tegengaan.
De bezetting van Port-Arthur gaven wij vroeger reeds op
meer in bijzonderheden bestaat deze uit de volgende troepen:
Commandant: Luitenant-generaal Stössel.
Chef van den staf: Gen.-majoor Rosnatowski.
Veldtroepen
4e Oostsiberische tirailleurdivisie;
Commandant: Gen.-majoor Fock.
Chef van den staf: Luit.-kolonel Dmitrewski.
Ie Brigade; 13e Regiment infanterie.
Commt.: Gen.-maj. André de Bui j 14e
2e Brigade; j 15e
Commt.: Gen.-maj. Nadjejin j 16e ;J
7e Oostsiberische tirailleurdivisie;
Commandant: Gen.-majoor Kondratenko.
Chef van den staf: Luit.-kolonel Naumenko.