MEERDAAGSCIIE OEFENINGEN VOOR DEN TROEP.
Het doel van deze oefeningen zal zeer zeker in de eerste plaats
zijn, om den troep te leeren zich te behelpen buiten en zonder
de hulp van het garnizoen.
Uit de verschillende berichten die men over deze oefeningen
leest, en uit hetgeen ik zelf hiervan mocht zien, meen ik te
mogen opmaken, dat oefeningen van 6 a 8 dagen al van langen
duur beschouwd worden, en dat ze in 't algemeen 3 a 4 dagen duren.
Onwillekeurig komt bij mij de vraag op, of de meerdaagscbe
oefeningen op die manier wel tot het gewenschte resultaat lei
den, want, afgaande op hetgeen wij hooren en zagen omtrent te
velde zijnde troepen (zelf heb ik nog geen ervaring dienaangaan
de opgedaan), kunnen we wel aannemen, dat het maar weinig
voorkomt, dat een afdeeling 6 a 8 dagen buiten is, doch veelal
de tochten een maand duren.
Ik geloof te mogen beweren, dat de meerdaagscbe oefeningen
(ondanks de financieele opofferingen, die ieder deelnemer zich
moet getroosten) door de meerderen zoowel als door de minderen
met veel genoegen worden meegemaakt, daar ze in de eerste
plaats een afwisseling geven aan het gewone garnizoensleven
en in de tweede plaats bij velen het verlangen, om wat meer
van de omstreken te zien, bevredigt.
Over het groote militaire nut, dat deze oefeningen hebben, dooi
den troep te leeren zich te behelpen, zullen wij niet behoeven
uit te weiden, doch wel komt ons de vraag gerechtigd voor of
oefeningen van 3 a 4 dagen wel alle moeilijkheden aan 't licht
brengen.
Eerst als de oefeningen van langeren duur zijn (bv. 3 a 4
weken) komen de moeilijkheden voor den dag, nl. de voorzie
ning in levensmiddelen, het onder dak komen 's nachts, zieken,
achterblijvers, onbekende wegen, geen wegen, enz.
Bij een oefening van enkele dagen leveren bovenstaande fac-