1064 heid geopend wordt met gedeeltelijk pensioen het leger te ver laten, met de verplichting tevens nog eenigen tijd als reserve officier ter beschikking van de Indische Regeering te blijven. Door deze laatste bepaling maakt men het uittreden gemakke lijk van hen, die met tegenzin dienen, en verhoogt daardoor het betere gehalte van het officierskorps, terwijl bovendien de pro motie er niet onbelangrijk door gebaat worde. Ten slotte zal, in navolging van de Nederlandsche bevorde- ringswet, ook bij ons de bepaling gemaakt moeten worden, dat 2e luitenants in elk geval na 4 jaren dienst als zoodanig tot le luitenant bevorderd worden. Wat nu betreft de wijze waarop officieren beoordeeld behooren te worden, moet daaraan m.i. het volgende ten grondslag liggen. Iedere zelfstandige autoriteit die als eerste-beoordeelaar op treedt is verplicht zich zoo goed mogelijk op de hoogte te stel len van de karaktereigenschappen, den ijver, de plichtsbetrach- ting, het gedrag, de beschaving, de ontwikkeling, de kennis en de practische bruikbaarheid van zijne ondergeschikte officieren,, zonder daarbij tot het vaak stuitende en in zijne resultaten weinig betrouwbare examen afnemen af te dalen. blechts door veel met hen in aanraking te komen, hen in verschillende omstandigheden, zoowel in als buiten dienst, nauw lettend gade te slaan, zich persoonlijk veelvuldig te overtuigen van de wijze waarop zij hunne plichten vervullen, de hen ver strekte opdrachten van verschillenden aard ten uitvoer brengen en c.q. als troepenleider optreden, zal hij zijn doel kunnen bereiken. Het voortdurend nauwkeurig aanteekening houden van alles wat hij bij zijne officieren opmerkt zal hem bij het vormen van zijn eindoordeel een uitstekenden leidraad zijn. De niet zelfstandige compagnies- (batterij-, eskadrons-) comman danten moeten den eersten beoordeelaar in alle opzichten behulp zaam zijn, door op de boven aangegeven wijze de aan hunne leiding toevertrouwde luitenants te leeren kennen, en op het einde van het jaar, of tusschentijds wanneer het verlangd wordtT schriftelijk daaromtrent te rapporteeren. Dit rapport moet uitvoerige gegevens bevatten, achtereen- \olgens beti effende het karakter, het gedrag, de beschaving, de

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1904 | | pagina 450