1069
komt het ten slotte toch maar op aan, door een vaardiger pen
dan de mijne in de le en 2e aflevering, jaargang 1903, van dit
Tijdschrift reeds op uitstekende wijze uitvoerig werd behandeld.
Het zij mij dus vergund de lezing en herlezing van dat artikel
ten warmste aan te bevelen aan hen, die tot het leiden en vormen
van officieren geroepen zijn, overtuigd als ik ben dat dit slechts
ten goede kan komen aan het officierskorps van het Indische
leger, waartoe ik het mij tot een hooge eer reken tebehooren.
C. S.
