667 GEWEER: Kaliber in m.M. Invalshoeken op M. 800 1000 1200 1500 2000 Fransch. 8 1052' 2°48'82" 400'13" 6015' 13" 11°17'8" Duitsch 7.9 1057'2" 2°55'40" 4°5'34" 6022'24' 11°22'59" Spaansch 7 1°57'40' 302' 4027' 15017' Italiaansch 6.5 1°45'49" 2°43'4" 3052'33" 603' 1100'50" Men vergelijke bv. het Fransche 8 m.M. geweer met het Italiaansche van 6.5 m.M., beide met gunstige verhoudingen voor hun kaliber: op 2000 M. verschillen die hoeken slechts 16'18" op de 11°17'8", d.i. 2.4%, terwijl het verschil op 800 M. nog bedroeg 5.5 Yerder blijkt de ongunstige invloed van te geringe metaalbelasting duidelijk uit de getallen voor Duitschland en Spanje gegeven. De kalibers van 78 m.M. geven bestrijkende banen voor in fanterie tot op rond 500 M., die van 6.5 en 6 m.M. tot op rond 550 M., terwijl bij de 11 m.M. de baan van 400 M. geheel bestrijkend was. Het voordeelig verschil voor de laagste, ge bruikelijke kalibers is niet aanzienlijk, doch elke 50 M. meer bestreken ruimte beteekent: 50 M. meer af te leggen onder het gestadig en werkzaam vuur des vijands. Wat het laagste vizier aangaat, zij opgemerkt, dat dit niet ten volle toereikend is om de ruimte tusschen den schutter en de onderste grens voor het beslissend vuur 600 M.) krach tig te beheerschen, ook bij horizontale vizierlijn van liggende schutters. In Italië bezigt men voor dit doel het vizier van 450 M. Het standvizier (laagste) in thans meer te beschouwen als noodzakelijk voor de schietopleiding van den man en voor de aanwending van het zuivere individueele schot. Waar aan het individueele vuur ook in het gevecht veel waarde wordt gehecht, moet het standvizier ook lager worden gesteld. Het zal om die reden zijn, dat Duitschland, de ervaring zijner koloniale oor logen ter harte nemende, bij zijn M. 98 het standvizier van 250 M. op 200 M. terugbracht.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1904 | | pagina 49