1190 - Maximum gasdruk 2400 atmosfeeren. Aanvankelijks snelheid 500 M. (Zie bijlage a.) Bergartillerie moet zich leenen tot het gevecht van verre en van nabij! Ook gedekte doelen moeten werkzaam door haar be schoten kunnen worden. Haar groote waarde ontleent zij aan het feit, dat zij in bijna alle mogelijke terreinen het gevecht kan voeren op afstanden, waarop de infanterie haar nog niet onder vuur kan nemen. Von Fritsch zegt, dat het berggeschut moet voldoen aan de volgende 3 eischen: 1. In behoorlijke lasten verdeeld, gedragen door draagdieren, moet het overal kunnen komen, waar infanterie komen kan. (Hieruit volgt dat ieder dier slechts een maximum gewicht kan dragen, afhankelijk van het terrein waarin geageerd moet worden. In Oostenrijk 146 K.G.) 2. De gevechtseenheid de batterij mag geen te groote lengte innemen in de marschcolonne. (Daarom moet het stuk zoo licht mogelijk zijn om dieren uit te winnen.) 3. De techniek moet iedere te harer beschikking gestelde K.G. benutten om het stuk zooveel meer vermogen als mogelijk te doen hebben dan thans. (Anders zou het niet de moeite waard zijn nieuwe artillerie aan te schaffen.) Baumlin stelt als eischen aan het berggeschut: 1. Gemakkelijk in goed draagbare lasten te verdeelen zijn. 2. Dracht en Y0 moeten aanmerkelijk verhoogd worden. 3. De munitievoorraad in de batterij moet 1/3 meer bedra gen, dus 120 schoten per stuk worden. 4. De beweeglijkheid der batterij en de éénhoofdige leiding van het vuur mogen niet minder worden. 5. De lengte van de marschcolonne mag niet toenemen. 6. De vuursnelheid moet zoodanig zijn, dat het mogelijk is na het inschieten het doel met projectielen te overstelpen. 7. De lading moet gemakkelijk, de sluiting eenvoudig zijn. In verband met het vorenstaande moeten m.i. aan de bergar tillerie in Indië de volgende tactische en daaruit voortvloeiende technische eischen gesteld worden. A. Tactische eischen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1904 | | pagina 576