704 De kennis van Javaansch, Soendaneesch of Madoereesch is aanbevelenswaardig, doch geen strikte noodzakelijkheid; als het noodig is kan de inlandsche sergeant het gesprek voeren met de dessaliedenhem zullen de wendingen en draaierijen minder ontgaan dan aan iemand die de taal heeft moeten aanleeren. Hun bewapening zij karabijn en klewang; deel, zoo dit niet te belemmerend is voor hun bewegelijkheid, ook mitrailleurs bij hen inhun kleeding is die van hun rasgenooten, maar geschikt gemaakt voor hun werk. Menke.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1904 | | pagina 86