713
Alsdan ziet men het verschijnsel, dat soms van eene menigte offi
cieren slechts enkelen worden uitverkoren om alles te verrich
ten, en het „onbekend maakt onbemind" treedt in al zijne waar
heid aan het licht. Hier heeft men echter, indien daarover ge
klaagd wordt door de verongelijkten, de schuld niet altijd bij dien
bevelhebber te zoeken. Deze heeft in de eerste plaats het belang
der zaak, waarvoor hij werd uitgezonden, in het oog te houden,
en, hoewel hij als chef logisch te denken en daarnaar te hande
len heeft, blijft hij als mensch onvolmaakt en moet hij, óók in
het belang der zaak, met deze omstandigheid rekening blijven
houden. Slechts weinigen is de kunst gegeven om wat men
noemt zijn menschen te kunnen kiezen, en juist daarom is het
regeeren en het voeren van absoluut gezag zoo moeielijk. Na
poleon heeft zijn roem als veldheer en keizer voor een belang
rijk deel aan deze gave te danken gehad, en even zeldzaam als
zij gevonden wordt, even zeldzaam zijn ook de mannen in de
geschiedenis als waarlijk groote aanvoerders geboekstaafd. De
zulken hadden een beoordeelingslijst als wij zouden wenschen
niet volstrekt noodig, evenals er ook nu nog wel in het leger
gevonden worden, die beter kunnen en mogen vertrouwen op
eigen oogen dan op den bril, waarmede hunne voorgangers de
personen die onder hen dienden bekeken. Maar, op uitzonderin
gen mag geen algemeen geldende regel voor allen worden ge
bouwd. Er zijn, en er zullen altijd blijven, vele chefs, wier
blik minder scherp is, die zich te veel door sympathie of
antipathie laten leiden soms door nepotisme. Menschen zijn
menschen, en een karakter is niet zoo gemakkelijk en spoe
dig te doorgronden, zelfs niet het eigene. Een zoo goed mo
gelijke wegwijzer te verschaffen, die in den donkeren dool
hof van eigen tegenstrijdige opvattingen en meeningen een ob
jectief licht kan ontsteken, moet daarom het voornaamste
doel zijn, hetwelk men bij het samenstellen van een voor
schrift voor het aanhouden der beoordeelingslijsten voor oogen
te stellen heeft.
Men zal hier kunnen aanvoeren, dat in de tegenwoordige
conduitestaten wel degelijk de „wijze van dienen" en het „ka
rakter" als punten van beoordeeling worden genoemd, en der
halve reeds aan een deel van onze grieven te gemoet werd ge-