241 het bestuur mocht bereiken, het ijzer gesmeed moest worden terwijl het heet was immers er waren in de Boven Doesoen elementen genoeg die bij het voortduren van den bestaanden toestand belang hadden gaf de resident, na bespreking der zaak met den assistent-resident Hesse- laar, aan dezen machtiging om in het verondersteld geval te antwoor den, dat, wanneer de pretendent zich met zijn verzoek schriftelijk tot dezen wendde, dat verzoek door den resident met een ondersteunend ad vies bij den Landvoogd zou worden voorgebracht, zoodra de pretendent met de zijnen te Poeroek Tjahoe in onderwerping zou zijn gekomen om daar de verdere beslissing der Regeering te zijnen aanzien af te wachten In afwachting daarvan zou de pretendent dan met de zijnen op voegzame wijze aldaar door het bestuur gehuisvest en onderhouden worden en de toezegging zou hem worden gedaan om, mocht de Regeering niet in zijn verzoek wenschen te treden, hem en de zijnen na het bekend worden dier beslissing toe te staan zich weder naar de Opper-Barito te begeven. Al spoedig deed zich eene gelegenheid voor om de pegoestian op de hoogte te brengen van de gunstige onderwerpingsvoorwaarden, wolkede resident in uitzicht meende te mogen stellen. Zooals reeds werd mede gedeeld in kolom 85 van het Koloniaal Verslag van 1903, hadden de volgelingen van den pretendent twee Bekoempaiers beroofd en vermoord (9 April 1903), waardoor eene ernstige scheuring was ontstaan tusschen de sultanspartij en het in de Boven-Doesoen talrijke Bekoempaisch element. In den loop van Mei nu trok als gevolg van dien moord een groot aantal Bekoempaiers, onder leiding o.a. van Kiai Hadji Mohamad Adrak, districts hoofd van Bekoempai, naar de Boven-Doesoen en de leiders van dezen tocht belastten zich tevens met de taak om de pegoestian er toe te brengen om met het bestuur onderhandelingen tot onderwerping aan te knoopen, daar het, ook aan het bereiken van hun doel bevorderlijk zou wezen als de pegoestian er toe gebracht werd de Boven-Doesoen te verlaten. Intusschen zagen, schreef de assistent-resident, de Soerapatis het op treden van de Bekoempaiers in deze richting met wantrouwen aan, omdat zij bevreesd waren dat, bijaldien het den Bekoempaiers gelukken mocht de pegoestian tot onderwerping te brengen, zij dan alle aanzien verliezen zoudenimmers het Bekoempaische element zou dan naar hunne meening in de gunst van het bestuur geraken en de bovendrijvende partij worden, waaruit het bestuur zijne hoofden en inlandsehe ambtenaren zou kiezen ten nadeele van de Soerapatis. Daarom besloot de assistent-resident eene daad te verrichten tot geruststelling van de Soerapatis en om hun ver trouwen te winnenhij herstelde namelijk Adjies in zijn vroeger ambt en droeg hem de waarneming der werkzaamheden van districtshoofd op. De gevolgen van dezen maatregel waren, volgens den assistent-resident,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 255