v0= f 2 E 11 vormen en het in elkaar gezette stuk dan 200 K.G. weegt. De mantel wordt middels een verticale tap—om kleine zijdelingsche richtingen mogelijk te makenmet de wieg verbonden. Redl neemt aan, dat men bij de tegenwoordige vuurmonden rekenen mag op een nuttig effect van 280 K.G.M. per K.G. van- het stuk; het Zwitsersche legerbestuur neemt 300 als grens aan; V. Fritsch stelt 320, zoodat zonder bezwaar op een nuttig effect van 300 K.G.M. 1) gerekend kan worden. Aan het projectiel van 6 K.G. wordt bij een vuurmondgewicht van 200 K.G. een EV0 van 200 X 300 60.000 K.G.M. of 60- M.T. meegedeeld. p A X 60.000 X 9-81 Vo Vo 442.9 M. 6 of rond 440 M. Bij een kop vorm 0.9; p 6 K.G.; V0 440 M. en r 3.5 c.M. krijgt men voor de baan de volgende uitkomsten Afstanden in M. Schootshoek. Invalshoek. Horizontale eindsnelheid. 1000 10 35' 10 45' 359 2000 30 50' 40 51' 312 3000 60 33' 80 42' 280 4000 90 27' 130 20' 2-54 5000 130 9' 180 55' 230 Op 5000 M. is dus de horizontale eindsnelheid van het pro jectiel nog 230 M. Het arbeidsvermogen van beweging van een vulkogel van 11 G. is dan in het springpunt 0.011 X 2302 1/2 m. v2 29 K.G.M. 2 X 9.81 Door Rohne, Krupp en anderen wordt voor het buiten gevecht stellen van een rnensch 8 K.G.M. voldoende geacht. De eindsnel heid wordt door de kamerlading nog met 50120 M. vermeerderd, 1) Krupp kon dit voor ons niet bereiken., Bed.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 25