402
worden juist de meest ongeschikte uren voor de gymnastiek aan
gewezen. Als reden hiervoor wordt voornamelijk aangevoerd, dat
er voor dat doel geen andere uren beschikbaar zijn zonder den
dagelijkschen dienst daaronder te doen lijden.
Zou die reden inderdaad steekhoudend zijn, als men daarbij niet
uit het oog verliest, dat de tijd welke aan goed gymnastiek-on-
derwijs besteed kan worden nooit verloren is en dat dit zg.
„verlies" zich noodwendig zal omzetten in eene betere uitvoe
ring van andere diensten? Dit is weer natuurlijk van terug
werkende kracht op den duur van deze oefeningen en doet m.i.
ook het middel aan de hand om altijd geschikte uren voor de
gymnastiek te vinden, vooral als de duur hiervan op bv. 3/4 uur
gesteld wordt, om nog niet te spreken van eene doelmatige ver-
eeniging van gymnastiek met een of andere militaire oefening,
in welk geval de duur van de eerste oefening wel tot 1/2 uur
zal kunnen worden teruggebracht.
Maar hoe ook, stel dat alleen ongeschikte uren voor het gym-
nastiek-onderwijs beschikbaar zijn. Natuurlijk kan dan de oefe
ning niet meer aan het zuivere doel beantwoorden, maar toch
zou een geschikt leider haar nog zóó kunnen leiden, dat de man
schappen haar met opgewektheid volgen en er dikwijls nog wer
kelijke nuttige ontspanning in vinden. Wat dit echter leiders
en instructeurs aan inspanning en toewijding kost, kunnen maar
al te weinigen beoordeelenhiermede is dan ook elke waardee
ring daarvan uitgesloten, niet echter aanmerkingen als: „er wordt
zoo weinig uitgevoerd", „ze worden niet voldoende beziggehou
den", „ze praten meer dan ze werken", e.a. Is het te verwon
deren dat onder zulke omstandigheden leiders en instructeurs
spoedig den moed opgeven en de oefeningen ten slotte ontaar
den in waardelooze vertooningen, waarvan ieder het einde met
verlangen te gemoet ziet? Alle oorspronkelijk aanwezige lust en
ijver is hiermede dan ook bij leiders, instructeurs en manschap
pen spoorloos verdwenen.
Nog op andere wijze heeft dit verdwijnen plaats en wel door
als het ware „moedwillig dooden" van aanwezigen lust en ijver.
Die woorden zijn hard doch waar en zijn het gevolg van onver
schilligheid door onbekendheid met het wezen en doel der mi
litaire gymnastiek. Waar de gymnastiek bij vele korpsen be-