463
Uit het hierbij gevoegde diensttableau blijkt, dat het metho
disch onderricht reeds in de 3e week een aanvang neemt, en
wel op een tijdstip, waarop de recruten geacht worden met hun
ne nieuwe positie voldoende vertrouwd te zijn geraakt, om aan
de daarop betrekking hebbende theoriën een einde te kunnen
maken.
Er zullen onder de lezers van dit opstel velen zijn, die van
deze vervroegde schietopleiding weinig heil verwachten, opge
groeid als ze zijn in het denkbeeld, dat de man noodzakelijk
eerst de verschillende handgrepen moet kunnen uitvoeren. Aan
dezen zou ik gaarne de vraag willen stellen: hoe dan de bur
gerleden der talrijke schietvereenigingen er zijn er die uit
muntend deze kunst verstaan—hebben leeren schieten?
Later, wanneer de schietoefeningen met scherp worden gehou
den en de recruten met het schieten meer vertrouwd zijn ge
raakt, worden het schatten van afstanden tot uiterlijk 600 M.
en de schietregels van het individueele schot practisch ondei we
zen. Dit geschiedt het best op het schietterrein of gedurende
eene oefening in den voorpostendienst, dan wel op den heen-en
terugmarsch van en naar een oefeningsterrein buiten het exer
citieveld gelegenDe recruten moeten daarbij leeren op oordeel
kundige wijze van het terrein gebruik te maken.
Zoolang niet proefondervindelijk de voordeelen van eene andere
schietopleiding dan de thans in ons leger gevolgde zijn aange
toond, behoort het bestaande Schietvoorschrift tot leidraad van
dit onderricht te strekken.
Een kleine wijziging acht ik evenwel noodig, en wel de voor
oefeningen met scherpe patronen 53 e. S. Y.) te vervangen door
de oefeningen der 2e klasse (A). Het doel met de vooroefeningen
beoogd wordt hiermede evengoed bereikt, terwijl de recruut
meteen voldoet aan de door het Legerbestuur gestelde voor
waarde om te velde te kunnen trekken.
Om hem te doen gewennen aan het rustig afgeven van zijn
schot in groepsverband en de geleerde schietregels voor het
individueele schot in practijk te brengen, acht ik na het doorloo-
pen der 2e klasse eene gezamenlijke oefening, zoowel in het sal-
vovuur als in het langzaam vuren, en eene oefening in het indi
vidueel gevechtsschieten, alle op kleine afstanden, hoogst nut-