516 zouden zien, om met ééne behandeling de werking reddeloos onbruikbaar te maken. De eisch was dus eenvoudige goedkoope grondstof en uiterst eenvoudige behandeling. De eerste aandacht moest worden gewijd aan den weerstand bij het treffen. Om die overal ongeveer even groot te maken, mocht de schijf geen vast steun- of draaipunt heb ben. Immers hoe dichter bij dat steun- of draaipunt de schijf geraakt wordt, hoe groo- ter de weerstand zou worden, daar de hef- boomsarm van beweging kleiner werd. Ook een los steunpunt moet uiterst klein zijn en bok weer geen uitstekend punt maar een raak- vlak aan een cirkelomtrek, dat een gemak kelijk afglijden toeiaat. Zoo kwam ik op 't denkbeeld de schijf met een glad ondervlak te doen rusten op 2 op hun kant staande 21/2 cent stukken, die in een kleine bok waren vastgezet. Als steun van de schijf diende een wila van bamboe, vrij los aan voor- of achterzijde geplaatst, naar gelang van de windrichting. Ofschoon het aanvankelijk moeite kostte de schijven te laten staan en de geringste onwillekeurige beweging van de hand ze deed afglijden, schoten we door één schijf zelfs 7 treffers, zonder dat eenige beweging te bespeuren was. Goede raad was duur. Ik zal niet spreken van proeven met vilt, oude dekens enz., om maar meer weerstand te krijgen; trouwens de inrichting zou dan toch te ingewikkeld worden voor troepen gebruik. In dien tusschentijd werd de voorgestelde aankoop van ge perste figuurschijven uit Duitschland van hoogerhand afgewe zen, zoodat voortgezette proeven met deze schijven toch geen nut zouden opleveren. Hoewel aarzelend, van wege het gevaar voor stukschieten, gingen we toen over tot hout. Uit een zijkant van een petro- leumkist werd een prachtige borstschijf gezaagd enhet gelukte: elke treffer, waar ook, deed haar vallen. Het bezigen O Schijf Tichting schot

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 532