549 op 1 Maart 102 officieren en 2179 man. 1 Mei 157 3279 begin Juli 506 7100 De benoodigde paarden en muildieren deze laatste voor trans portdienst—werden aanvankelijk uit Argentinië verkregen. In Januari vertrok een commissie derwaarts tot aankoop dezer dieren en 10 Maart kwam het eerste transport in de kolonie aan. In 't geheel werden op deze wijze aangeschaft 647 paarden en 243 muildieren. Het schijnt echter, dat men op deze wijze- niet voldoende paarden kon verkrijgen, want in Apiil wei- den 1200 paarden aangevoerd, afkomstig uit de Oost-Pruissi- sche provinciën. 16 Mei werd Generalleutnant von Trotha benoemd tot com mandant der Schutztruppe. Deze verdeelde haar in 2 Feldregnnen- ter berittene Infanterie en 2 reitende Feldartillerie-Abteilungen. Het le Feldregiment en de le Feldartillerie-Abteilung weiden gevormd uit de troepen die toen reeds in Zuid-West-Afrika aan wezig waren, terwijl de troepen die in Juni en Juli zouden aan komen het 2e Feldregiment en de 2e Feldartillerie-Abteilung. zouden vormen. Een bereden infanterieregiment bestond uit 3 of 4 bataljons,, elk 2 a 8 compagnieën tellende. De tactische eenheid is de be reden compagnie, ter sterkte van 6 officieren, 1 officier van ge zondheid, 1 paardenarts, 25 onderofficieren, 152 ruiters, 30 in- landsche wagenvoerders, 185 paarden, 8 voertuigen, 160 trekossen. Het aantal sectiën waarin de compagnie verdeeld is houdt verband met het aantal beschikbare officieren. Aangezien volgens mannen als von Fran§ois en Schwabe, die,, door hun langdurig verblijf in Zuid-West-Afrika en hun oorlogs ondervinding aldaar, wel geacht kunnen worden in deze bevoeg de beoordeelaars te zijn, het voor de krijgvoering in die streken alhoewel gewenscht niet bepaald noodig is infanterie bereden te maken, zie ik in den maatregel der Duitschers, om hun voet volk te paard te zetten, eensdeels een navolging van het Engel- sche denkbeeld, dat een Zuid-Afrikaansche vijand uitsluitend met. bereden troepen moet bestreden worden (de strijdwijze der in boorlingen in geheel Zuid-Afrika is in hoofdzaak dezelfde als die der Boeren), voor het overige echter een middel om, gebiuik-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 567