81 2 September heroverde Koeropatkine echter de stellingen bij Sykwantoen en bevond zich dus weder in dezelfde positie als op den len. Bij Yantai was de toestand echter aanmerkelijk on gunstiger. De bovengenoemde 54e Divisie (Orlow), in een goede stelling teruggehouden, had in opdracht Koeroki's rechterflank, na het weder innemen van de verloren positie, aan te vallen, zoodra in front door het 17e, 10e en le Sib. korps tot den al- gemeenen aanval zou worden overgegaan. Vóór Orlow echter verbinding had met het meest noordelijke (le Sib.) korps, ging hij tot den aanval over in weinig daarvoor geschikt, zeer bedekt terrein en nog slechts met een gedeelte zijner divisie. De aan val mislukte niet alleen, doch de Japanners gingen bovendien tot een tegenaanval over en dreven de divisie terug. Het bijtijds ingrijpen van het le Sib. korps bracht den aanval der Japanners tot staan. Koeropatkine zag nu geen kans meer met zijne uit geputte troepen een frontaanval op Koeroki's stellingen te onder nemen, nu het gelijktijdig bedreigen van diens rechterflank was buitengesloten en besloot daarom terug te trekken, onder be scherming van in de lijn Sykwantoenkolenmijnen van Yantai achtergelaten troepen. Deze laatste werden wel in den nacht van 2 op 3 September door Koeroki aangevallen en teruggedre ven tot in een stelling halverwege de spoorbaan Yantai—Liau- jang gelegen, doch verder kwam Koeroki den 3en niet. Waar schijnlijk achtte hij zich te zwak om verder door te dringen; eerst op dien dag toch gingen de laatste troepen van de 2e Divisie en de Garde, en waarschijnlijk ook deelen van Nodzoe's leger, bij Kwantoen op den N. oever van de Taitseho over. Bij Liaujang vielen de 5e, 6e en 10e Divisie het zuidfront aan, de 4e Divisie opereerde ten W. van de spoorbaan, terwijl de 3e een omtrekking van den Russischen rechtervleugel beoogde. De aan vallen werden afgeslagen, doch ook een tegenaanval der Russen te gen de 5e Divisie mislukte, waarop men zich tot den geschutstrijd bepaalde. Ook den 3en September werden alle aanvallen afge slagen; bij Kodzoe's leger trad zelfs munitiegebrek in, Waardoor het zich slechts met moeite staande hield. Toen de terugtocht van de noordelijkste troepen ver genoeg gevorderd was, werd de ontruiming van Liaujang bevolen en geschiedde deze in den nacht van 3 op 4 September. De achterhoede hield de stad tot den Dl. I, 1905.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 95