732 2600 3000 2800 De nauwe grenzen zijn nu 2600 en 2800; op die grenzen moeten volgens No. 286 (aangehaald op blz. 728) minstens 2 schoten in denzelfden zin zijn waargenomen. Is de waarneming van de schoten op 2600 verkeerd geweest, ligt dus het doel dich ter bij dan 2600 M., dan zou het geheele vuur mislukken. Een contröle-salvo is in dit geval wel noodig. Het kon echter ook zijn dat van het salvo op 2800 M. waren waargenomen 3 schoten (-}-) en 1 schot het salvo telt dan toch als maar nu is ook zonder contröle-salvo waarschijnlijk dat 2600 is. Krijgt men het volgende geval: 2600 3000 dan zal het van de omstandigheden afhangen of men nog een contröle-salvo afgeeft. Mij lijkt het overbodigin voorbeeld No. 6 geschiedt het wel. VOORTGEZET VUUR. Heb ik omtrent het inschieten lang niet alle punten kunnen aanroeren die van belang zijn ik negeerde bv. geheel en a het inschieten op een bewegend doel - over het \oortgeze vuur zal ik nog korter zijn, vooral omdat de meeste lezeis al meer dan hun lief is over tir progressif, rafales enz. gehooid zullen hebben. Als grondgedachte van het Fransche reglement mag men aan merken een beginsel dat het eerst door Langlois op den vooi grond is gesteld 1): La méthode du tir consiste, d'une manière générale, a former une zone de mortdont la profondeur et la largeur sont deter- "minées en raison de la forme générale de l'objectif et de in e- cision sur la position dans le sens de la profondeur, a placer cette zone sur le terrain de manière que l'objectif entier sy trouve "compris, a lancer ausshöt après la rafale, exceptionnellement a "suivre l'objectif dans ses déplacements." 1) Langlois II p. 318.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 128