736
niet verloren, al ligt het doel binnen de nauwe grenzen. Bij groo-
tere invalshoeken daarentegen zou, lijkt mij, het nauwkeuriger
bepalen van den artilleristisehen afstand de voorkeur verdie
nen boven het tir progressif. Hoe nauwer de grenzen genomen
worden, des te meer tijd moet aan inschieten besteed worden
en des te grooter wordt de kans, dat de grens foutief gevormd
wordt. Men kan de L.S50 van de springpunten bij G-.K.T. vuur
gemiddeld op 50 M. stellen, wanneer onder gunstige omstandig
heden geschoten wordt; ik neem, in navolging van Girardon,
Vallier e.a., aan, dat in oorlogstijd de spreidingen IJ maal zoo
groot worden; dus de L.S50 wordt dan gemiddeld 75 M. Indien
op de waarneming van één schot wordt afgegaan en als geene
fouten in de waarneming worden gemaakt, neemt, volgens den
regel dien kapitein van Loon geeft 1), de kans 0111 het doel tusschen
nauwe grenzen in te sluiten af, als in Tabel VI is aangegeven.
Al zal nu ook bij snelvuurgeschut niet op ééue waarneming
Tabel VI.
Nauwe
grens.
Kans op insluiting.
M.
L.Sso
300
4
91
225
3
82.5
150
2
72.5
75
1
47
37.5
26
afgegaan worden, dan blijkt
toch wel, dat hoe nauwer de
grens genomen wordt, des te
meer munitie, zoowel absoluut
als betrekkelijk, noodig is om
dezelfde kans te behouden dat
de grens goed gevormd is.
Buitendien, hoe grooter de
dieptewerking van de G.K.T.
is, dus hoe gestrekter de baan, des te kleiner wordt de invloed
van eene verkeerde grens, omdat, als het doel achter de grens
ligt, er toch uitwerking, zij het ook minder, verwacht mag wor
den. Zijn de grenzen fout gevormd, omdat door de L.S. eene E.
die gemiddeld schoten (-f) of zal geven bij het inschieten
eenige schoten in omgekeerde richting gaf, dan ligt het doel
hoogstens 2 L.S50 150 M. buiten eene der nauwe grenzen.
Ligt het doel achter de grens, dan kan toch uitwerking
verwacht worden, zoolang de bundel der G.K. kogels eene groote
diepte heeft, dus bij eene gestrekte baan en groote V0 van de
kogels. Ligt het doel vóór de grens, dan kan, als met de
/O
1) „Te zware kost" I.M.T. 5/1903 blz, 523 en 524 noot 1).