31
737 -
gegevens voor de (-) grens het vuur voortgezet wordt, nog
dikwerf uitwerking en wel zeer goede verwacht worden, als het
I. maar groot is. Een groot I. is slechts bij groote snelheden
mogelijk, tenzij men verschillende schietregels tegen paarden en
tegen menschen zou willen toepassen. Vergelijkt men de Tabellen
Vil en VIII, waarbij aangenomen kan worden dat door het
springen van de Gr. K. de kogeltjes eene gemiddelde snelheids
toename van 50 M. krijgen, dan luidt de gevolgtrekking, dat al de
vuurmonden op 3000 M. nog eene dieptewerking van de G.K. van
250 M. minstens tegen menschen bezitten, dat echter bij berg-
geschut de levende kracht der kogeltjes tegen paarden maar over
100 M. voldoende is.
De dieptewerking van G.K. vuur houdt verband met de ver
houding tusschen invalshoek en tophoek, welke laatste grooter is
Tabel VII.
Tabel VIII.
2
qü Gewicht hard
looden kogeltje
V. voor
eene leven
de kracht
van
M.K. 9.
Dieptewerking in M. bij eene
V0 der kogels van
M.
Toelichting.
8
M.
16
M.
400
350
300
250
200
150
100
11
120
353
335
305
244
207
158
80
VolgensK.Z. 3/1904 en
11
169
210
193
162
103
66
Krupp Schiessbericht
89 S. 37.
Vuurmond.
so
K.G.
Eindsnelheid in M. op
M. van de monding.
Bron.
0
1000
1500
2000
2500
3000
3500j'400C
J4500
7.5 c.M. L/35.
Krupp 7.5 c.M.
ÏTederlandsch veld.
Krupp 7 c.M.
Engelsch berg.
Oostenrijksch berg.
Indisch proefberg.
6.5
6.5
6
5
5.67
4.68
5
560
500
500
440
280
304
275
433
390
377
340
254
266
247
384
352
338
313
349
324
311
292
231
238
223
323
303
290
275
213
304
287
273
260
210
215
205
288
272
258
248
199
274
260
244
238
205
195
262
248
232
230
Art. Order.
3/1904.
Krupp Schiess
bericht S9 Anla-
gen 36, 37 eu 38-
Korzen-Kühn W af-
fenlehre Heft 9.
Blits. I. K. V.
1904.