746 daarom wenschelijk voor, dat ook de cavalerie daarvan wordt voorzien. De instructie voor de vooruitgeschoven cavalerie geheel op nemende in het marschbevel, zou dit nu als volgt kunnen luiden, onderstellende dat met t oog op den vredestoestand aan de troepen nog afzonderlijke orders worden gegeven om zich in den ochtend van den 6en te begeven naar die plaatsen, waar zij met 't intreden van den oorlogstoestand opgesteld moeten zijn. Hoofdkwartier. No. Troepenindeeling1. 1. Vooruitgeschoven cav Cdt V-fa esk. 2. Voorhoede; Cdt. Ie Bat. inf. 1 Pel. cav. 4 or donnansen bij mij 2. en 2 bij eiken brig, cdt.) 1 Sectie 3e Yeldbatt. 3. 750 M. 3. Hoofdmacht (tevens marschorde). Rest le inf. brigade. 1 Gen. sectie. Beide bergbatterijen. 2e inf. brigade. 1 Gen. sectie. Desa Kenangkan, 6 7—'05, 815 Y. M. Marschbevel voor den 6en Juli 1905. Vijand heeft volgens betrouwbare berichten den nacht van 5 op 6 Juli doorgebracht in de kam pongs Gading, Ngesal en Tanggoeng aan den weg Toentang Bringin. Eigen cav. patr. zijn gedurende den avond van 5 op 6 Juli door vuur uit de N. randen van kampong Doplang en de koffietuinen noord van de kampongs Kaberokan en Asinan tot staan gebracht. De troepenmacht onder mijn hevel zal heden te 83t' Y.M. van desa Kenangkan afmarcheeren naar Toen- tang, met doel mogelijk te bieden tegenstand des vijands te breken. De vooruitgeschoven cav. vangt te 745 Y.M. van Randoe Goenting de verkenning aan in de richting Toentang. Vaststellen of de vijand op den rechter Toentang- oever stand houdt en de brug in den weg naar Salatiga vernield is. Hiervan terstond bericht te zenden. Blijkt de vijand aan rechter Toentang-oever stelling te hebben genomen, dan blijft i/a esk. de verken ning voortzetten in het vak Soemoeroep Setomi- Madja, ten einde geschikte punten van overgang over de Toentang op te sporen, terwijl 1 esk. mar cheert over Willem I, Banjoe-Biroe naar Seraten, en van hier de verkenning voortzet in de richting Toentang, door middel van enkele patrouilles in de richting Salatiga. Het is voor mij van veel belang te weten of de geheele vijandelijke macht, dan wel slechts eene

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 142