- 766 kan er onmogelijk de oefeningen mede verrichten zonder deze een groot deel van hun waarde te doen verliezen. Zij dienen dan ook niet om genoemde eigenschappen te kweeken, maar om gebruikt te worden door personen waarbij die eigenschappen reeds voldoende ontwikkeld zijn; maar ook dan nog alleen voor een kortstondig en niet, zooals bij het schermen, voor een lang durig gebruik. Het ontbreken van een goed model schermsabeï is werkelijk een ernstig gebrek; de invoering van een beter model komt dan in de eerste plaats het onderwijs ten goede en in de tweede plaats zal zij de lust voor eigen oefening bevorderen. Boven dien is daaraan nog een voordeel verbonden. Zooals ik zei, ge lijkt het voorgestelde model eenigszins op een degen en kun nen daarmede, zooals ook in het Nederlandsehe Voorschrift van 1903 is opgenomen, steken worden toegebracht. Zonder nu het eigenlijk degenschermen te beoefenen brengt men dan veel van de daaraan verbonden voordeelen onwillekeurig op het sabel- schermen over. Wat betreft het gelegenheid geven aan kader en minderen om zich in de schermkunst te oefenen, dit is gemakkelijker ge zegd dan gedaan. Alleen daar waar gymnastiekzalen aanwezig zijn bestaat die gelegenheid, zij het dan ook nog in gebrekkigen vorm; in de kleinere garnizoenen waar zalen ontbreken zal het hiermede niet schitterend gesteld zijn. Alinea 1 op blz. 2 zegt: „Het kader moet de oefeningen die voor de manschappen verplichtend zijn behoorlijk kunnen onder wijzen. Als dit nu werkelijk het geval is dan zijn er ook geen noemenswaardige bezwaren om een kleine schrede verder te gaan door van het kader de kundigheden van prevöt te eischen. Wel zegt alinea 5 op blz. 2„De bataljonscommandant zal er naar stre- „het kader minstens den graad van prevöt op geweer te doen „erlangen", maar dit is m.i. niet voldoende, daardoor blijft nog te veel gelegenheid over tot aanstelling van kader dat niet den graad van prevöt heeft. Waar de afstand tusschen „behoorlijk kunnen onderwijzen" en prevöt zijn zóó gering is, zou het beter zijn bepaald het laatste te eischen. Op de mate van geoefendheid in het geweerschermen is van invloed eene meer of mindere bekwaamheid in het sabelscher-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 162