791
Troepenpaarden.
Het type.
Yan een bepaald type is bij de ponies nog geen sprake; men
•vindt er haast evenveel types bij als er paarden zijn. Wel is
•waar valt bij de bezendingen van de laatste aankoopen meer
•gelijkvormigheid in bouw te bemerken, maar we zijn toch op
lange na nog niet waar we wezen moeten. Zooals bekend is,
is de pony voor de cavallerie afkomstig uit Nieuw-Zuid Wales.
De leverancier stond natuurlijk voor de moeilijkheid, dat hij
bij de eerste bezending niet wist, welk type door ons verlangd
werd, maar hij had de voorlichting van een officier, die daarvoor
naar Australië was gezonden, bovendien is hij sedert herhaaldelijk
te Batavia geweest en kan dus nu voldoende op de hoogte geacht
worden van hetgeen door ons ten deze verlangd wordt. Kenschet
send is wel het feit, dat een deskundig officier, die nog geen ken
nis gemaakt had met ons tegenwoordig cavaleriepaard, in den zie
kenstal te Batavia eenige dezer paarden in oogenschouw ne
mende de opmerking deed hooren, dat hij het wel trof zoo naast
elkaar artillerie en cavaleriepaarden te zien van verschillend type.
Tableau! toen hem medegedeeld werd, dat die ponies alle cavalerie
paarden waren. Niet alleen echter in den bouw maar ook in
de hoogtemaat zijn aanmerkelijke verschillen op te merken;
naast paarden van 1.37 M. vindt men er van ruim 1.50 M.
De maat, oorspronkelijk vastgesteld op 1.37 1.40 M., werd na
derhand gebracht op 1.37—1.45 M., ten slotte op 1.40—1.48 M.
De maat keuze van 1.371.40 M. is ongetwijfeld een misgreep
geweest, want ponies van die grootte zijn schaarsch, en voor een
remontepaard zoekt men toch geen paard, dat schaarsch voor
komt. Het wapen was in dien tijd echter nog onder voogdij van
een niet deskundigen voogd; zoodat zoo'n regeling geen verbazing
kan wekken. Nadat de cavalerie de lang gewenschte zelfstandig
heid als wapen had verkregen, werd dan ook al spoedig de maat
op 1.371.45 M. gebracht. De leverancier wees er op, dat betere
paarden dan de tot dusverre geleverde en van het door ons ge
wenschte type te bekomen waren in de maat van 1.45—1.50 M.
Teneinde een oordeel te kunnen vellen over de deugdzaamheid
in verband met de grootte, verdeelde ik de paarden van het
eskadron (80) in drie klassen naar gelang van hunne grootte en