846 doch het is van algemeene bekendheid in China, dat de provin ciale besturen te hooge cijfers opgeven om zoodoende der Regee ring te Peking een zoo hoog mogelijk bedrag voor het onder houd dier troepen in rekening te kunnen brengen, van welk bedrag dan het grootste gedeelte in eigen zakken verdwijnt. Militaire waarde bezitten deze troepen tot nu toe niet en aan hunne bestemming—„bij te dragen tot de handhaving van orde en rust in het land" beantwoorden zij evenmin. B. Het nieuwe leger. Op den naam van leger volgens moderne begrippen maken de reeds besproken troepen nauwelijks aanspraak. Wilde China in militaire beteekenis vooruitgaan, dan moest op moderne grond slagen een geheel nieuw leger samengesteld worden. Met deze moeielijke, veelomvattende taak werd in 1901 de oude Li-Hung- Tschang belast, die zich reeds meermalen een redder in den nood getoond had en aan wiens invloed ook vroeger het verkrijgen van Duitsche instructeurs voor de Chineesche troepen te dan ken was. Onder zijne opperste leiding werden geleidelijk uit de beste elementen van de Banier- en Provinciale troepen twee legers ge formeerd, nl. het Peiyang- en het Hupei-leger, die de kern van de tegenwoordige Chineesche weermacht vormen. Li-Hung-Tschang heeft de voltooiing van zijn arbeid niet beleefd, hij stierf toen het de eerste vruchten begon te dragen en tucht en orde in de gelederen der nieuw samengestelde troepen merkbaar werden. a. Recruteering Yan de opvolgers van Li-Hung-Tschang heeft vooral Yuan- schikai, gouverneur der provincie Petchili en als zoodanig opper bevelhebber van het Peiyang-leger, het werk van dien grooten staatsman met ijver en verstand voortgezet. Allereerst schonk Yuanschikai zijn aandacht aan de recruteering onder de bewoners van het platte land en vaardigde daartoe met toestemming van den Keizer een belangrijke proclamatie uit, die ongeveer als volgt luidde. 1. Een land heeft soldaten noodig om zijne grenzen te ver dedigen en zijne onderdanen te beschermen. De hun gestelde taak is grootsch en gewichtig, daarom mogen luie mannen nooit

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 242