849 Voorshands zijn de resultaten van Yuanschikai's recruteerings- systeem in de provincie Petchili nog niet bevredigend geweest en moet het te kort aan recruten nog steeds gedekt worden door werving in andere provinciën, voornamelijk Honan, Schantung en Anhui. De ingelijfden moeten 3 jaren in het leger dienen, daarna even- lang bij de reserve en ten slotte wederom 3 jaren bij de land weer. Reserve en landweer moeten jaarlijks een maand voor her halingsoefeningen onder de wapenen komen; tengevolge van den Russisch-Japanschen oorlog is deze bepaling nog niet toegepast. Het Hupei-leger, in de provincie van dien naam, welke met de provincie Hunan het bestuursgebied Liang-hu vormt, kent geen conscriptie zooals het Peiyang-leger. In tegenstelling met hetgeen vroeger gewoonte was, nl. dat de gouverneurs man schappen uit andere provinciën betrokken, worden tegenwoordig uitsluitend inwoners van Hupei en Honan, die als soldaat een goeden naam hebben, aangenomen. Eischen tot in diensttreding zijn: leeftijd 20—25 jaar, 3 jaar de school bezocht hebben, overleg ging van een bewijs van inwonerschap en van goed gedrag, af te geven door het plaatselijk bestuur. De recruut verbindt zich, indien hij bruikbaar bevonden wordt, tot 4 jaar dienst in het leger en daarna evenlang bij de reserve. De soldij van den mindere bedraagt 4.8 tael 's maands en wordt halfmaandelijks, zonder eenige inhouding, uitbetaald. Dit is bij vroeger vergeleken een groote vooruitgang; toen moest de soldaat zich zelf voeden en kleeden, waartoe de daar voor benoodigde gelden door de commandanten werden ingehou. den, hetgeen tot groote misbruiken aanleiding gaf. b. Het Officierskorps. Voornamelijk aan den generaal Yuanschikai is het te danken, dat de opleiding tot officier in het Chineesche leger beduidende veranderingen heeft ondergaan, veranderingen die, langzamer hand geheel doorgevoerd, goede resultaten opleveren en de ge- vechtswaarde van het leger ten goede kunnen komen. Vroeger tot 1900 nog was de aanvulling van het officiers korps een zeer gebrekkigemanschappen der Baniertroepen met een groot aantal dienstjaren en in het bezit van een som gelds,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 245