857
5 bataljons infanterie (a 1000 man) 5000 man
8 eskadrons cavalerie 1000
3 afdeelingen artillerie met 24 stukken geschut 1100
1 pionier bataljon 400
Totaal 7500 man.
De infanterie ligt te Peking evenals een deel der cavalerie,
het andere deel der ruiterij te Tientsinartillerie en pioniers
zijn in gainizoen te Hsiautschan, 30 K.M. ten Z. O. van Tientsin.
De infanteiie is bewapend met het Mannlicher geweer, de ca
valerie met de karabijn van dat stelselde artillerie heeft Krupp-
kanonnen van verouderde constructie.
Vóór de onlusten in 1900 werd dit leger uitsluitend door
Duitsche instructeurs geoefendhet behoorde destijds tot de beste
troepen, waarover China beschikte en onderdrukte den Boxer
opstand in Schantung.
De volgende nieuwe formatiën stelde Yuanschikai vast
3 divisiën „tschangbeidsün" d.i. „het steeds gereed zijnde
leger" of wel „het staande leger." Elke divisie telt:
12 bataljons infanterie a 500 man (4 regimenten
a 3 bataljons, 2 regimenten vormen een brigade) 6000 man.
1 regiment cavalerie a 4 eskadrons 700
1 regiment artillerie a 3 afdeelingen, nl. 2 afdee
lingen veld- (32 stukken) en 1 afdeeling bergar-
tillerie (16 stukken) HOO
1 pionierbataljon 500
1 treinbataljon 50o
1 saniteitsdetachement 400
Totaal 8900 man.
De standplaatsen der divisiën zijn:
le divisie te Yungpingfu bij Schanhaikwan.
2e Matshang a/h Keizer kanaal, 70 K.M. ten Z. van
Tientsin
Se Pautingfu.
De bewapening is verschillend. De le divisie heeft Japansche
gev.eien (kaïabijnen) Arisaka en 7.5 c.M. veld- en berggeschut; de
2e en 3e geweren (karabijnen) M. 88 van Chineesche constructie
en de laatste met veld- en berggeschut van Krupp.