859
de provincie Petehili waarom troepen uit andere, minder be-
reig e provinciën geleidelijk ter versterking werden aangetrok
ken. Zoodoende staan de volgende van buiten af herkomstige
troepen onder de bevelen van den Gouverneur van Petehili al
hoewel de soldij door de provincie van herkomst wordt betaald
a in Peking: Honantroepen, genaamd „Idsün", d.i. „het vol
hardende leger" ter sterkte van:
8 bataljons infanterie ,AAA
1 eskadron cavalerie 210 man'
1 afdeeling artillerie 400
Totaal 4610 man.
Bewapening: Mannlicher geweer (karabijn) en (waarschijnlijk)
Krupp-kanonnen.
b. te Tungtschou bij Peking: Hupeitroepen ter sterkte van
wee complete bataljons (2000 man), bewapend met geweer M.
88 van Chineesche constructie. Deze troepen maken een zeer
goeden indruk.
w te Ja0fcl°fu; 8 batalJ°ns (2000 man) Schantunginfanterie
bewapend met het geweer M. 71/84.
d. in de legerplaats van Hsiautschan ten Z. van Peking Kiang-
su troepen, de „tse tschiang dsün" d.i. „het uit zich zelf dappere
leger", ter sterkte van: 11
9 compagniën infanterie 99^n
1 bei eden eponney-compagnie 50Q
Totaal '2750
De totale sterkte der thans in de provincie Petehili staande
troepen het Peiyang- leger bedraagt alzoo:
Het Wu-wei-yo-dsün leger 7,nn ,v,
m -i j i oOO man.
ischang-bei-dsun leger (3 divisien a 8900 man) 28700
Wu-wei-tso-dsün leger (met inbegrip v/d bezet
ting Tangtchou) n50Q
uit andere provinciën afkomstig 11360
Totaal 59060 man.
terwijl de gouverneur dier provincie, Yuanschikai ook nog de
jesciikking heeft over de in de provincie aanwezige Mandsjoe-
of Baniertroepen (zie blz. 844).
Dinu9i09ien m dit jaarwerdendoorhetpeiyang-iegergroote-
