lieid (300 tegen 203 M.) als in relatieve levende kracht (0.580 tegen
0.892 K.G.M. per m.M2) steeds nog aanzienlijk overtreft.
De voor een vuistwapen zoo wenschelijke groote projectiesnel
heid; bij een zoo hoog mogelijk opgevoerde belasting op de dwars
doorsnede, kan men echter alleen verkrijgen bij het gebruik van
kleine kalibersbij grootere kalibers daarentegen zouden niet
alleen het wapen en de munitie zeer sterk in gewicht toenemen,
maar ook de terugstoot zou er zooveel te grooter door worden.
Nu woidt vrijwel aangenomen, dat de zoogenaamde lichtere
verwondingen door de kleinere kalibers alleen bij het treffen op-
de gioote afstanden plaats hebben, dus wanneer de snelheid
aanmerkelijk verminderd is, terwijl juist op de kleinere afstan
den een in vergelijking met de grootere kalibers veel grooter
uitwerking wordt waargenomen.
Nu is het pistool een wapen, dat in hoofdzaak dient voor den
strijd van zeer nabij, voor het handgemeen, zoodat de nadeelen,
aan de groote afstanden verbonden, niet in aanmerking komen.
Bovendien wordt door artsen toegegeven, dat het zoogenaam
de „Stopping Effect" bij de kleinere projectielkalibers des te
eeidei intreedt, naarmate de snelheid van het binnendringende
projectiel grooter is en wel zoo groot, dat de bloedvaten geen
tijd hebben zich te verplaatsen, zooals dat mogelijk is bij de groo-
teie kalibeis, die met veel kleiner snelheid binnendringen. Hoe
vaak is het niet voorgekomen, dat iemand meerdere malen door
een projectiel getroffen werd en in de hitte van den strijd daar
niets van bemerkte?
Gaan wij thans over tot de beschrijving van het wapen en-
noemen wij in verband met de plaat eerst ter verduidelijking opr
de verschillende onderdeden. (Zie fig. A, B, C, D, E en F).
De onderdeelen van het pistool zijn in twee groepen samen-
te voegen en wel het bewegelijke deel en het vaststaande deel.
Tot het bewegelijke deel behooren de loop, het sluitstuk en het
mechanisme tot het afgeven van vuur, kortweg dus het schiet-
toestel, het vaststaande deel bevat de kast met greep, en ver
der alle onderdeelen die de automatische werking tot stand
brengen.
We onderscheiden: