879 het vervolgens plotseling loslaten. Alsnu is het wapen weer gereed tot het afgeven van een volgende serie schoten. Bij het laden lette men vooral op het medegedeelde omtrent den vinger en den trekker. De werking van de veiligheidspal is nu de volgende. Deze pal (29) is zoodanig in den greep aangebracht, dat hij door de veer (30) steeds uit zich zeiven aan den eenen kant met zijn blad (S) naar boven uitsteekt in de ruimte van het staartstuk en over het achterdeel van den trekkerstang (18) grijpt (de ruimte links van dat achtereinde volkomen opvult, zoodat dit niet naar links bewogen kan worden), aan den anderen kant met zijn vleugel (S°) steeds aan den achterkant van den greep naar buiten treedt. Door den eersten toestand ten opzichte van den trekkerstang kan deze dus noch onder de werking van den trekker, welke bij het achteruit drukken dit stanggedeelte naar links beweegt, wat nu belet wordt, noch door een of andere toevallige omstandig heid de slagpinnok (nvrijmaken van de rustnok (n") op den trekkerstang, zoodat met geen mogelijkheid het schot kan af gaan. Doordat de trekkerstang vastgehouden wordt, kan ook de loop niet teruggedrukt worden en daardoor blijven ook alle overige deelen in rust, want het blad (S) steekt uit in de ruimte welke de loop met de verdere bewegelijke deelen moet passeeren. Eerst wanneer men den greep op de juiste wijze vasthoudt en daarbij tegelijkertijd opzettelijk tegen den palvleugel (S°) drukt, zoodat deze zich in den greep beweegt, treedt het blad (S) door wenteling voorover buiten werking, zoodat nu de belemmeren de vastzetting der bewegelijke deelen vermeden wordt. Nu kan de trekkerstang wel naar links bewogen worden door den trek ker, en kan het schot dus afgaan. Zooals wij vroeger reeds zeiden kan de veiligheidspal ook nog, indien men dat opzettelijk verkiest, door een bijzonderen hand greep worden vastgezet, zoodat men, als men wil vuren, deze bewerking moet doen in tegengestelden zin. Hiervoor is een sper tot veiligheidspal (31) aangebracht en wel aan het linkerzijschild van het greepstuk. Hij bestaat uit een hefboom, welke men om een as kan laten draaien op dezelfde wijze met den duim als dit

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 275