900 Volgens Warin worden metaaldikte en gewicht van het berg- kanon niet bepaald door den toe te laten gasdruk, doch veeleer door de noodzakelijkheid een te hevigen terugstoot te vermijdenT de affuit te sparen en omvallen of steigeren daarvan te voorko men. Het gewone bergkanon zou dus in vergelijking met alle andere vuurmonden eene overmaat van weerstandsvermogen be zitten en zijn gewicht zou vooral tot ballast dienen. Warin wil nu eene kernbuis hebben, die juist dik genoeg is om den noodigen gasdruk te kunnen verdragen. Voor gedragen geschut zou die kernbuis een gewicht van 100 K-Gr. mogen hebben. Deze kernbuis wil Warin voorzien van een mantel, die bij gedragen ma terieel afzonderlijk vervoerd wordt, zoodanig, dat het gewicht van het geheel zoo groot is, dat de terugstoot niet overmatig is en de af. fuit naar behooren gespaard wordt. De mantel dient dus niet om het weerstandsvermogen der kernbuis tegen den gasdruk te ver- hoogen, doch alleen om het gewicht der terugloopende massa te vermeerderen. Hu is die „overmaat aan gewicht", bij het kanon Warin verschaft door den mantel, bij iederen vuurmond aanwezig, omdat de affuit eerder eene grens aan het vermogen stelt dan de vuurmond zelf, maar deze overmaat is zegt Warin zelf het grootst bij het bergkanon, waaruit volgt, dat het nuttig vermo gen van een bergkanon kleiner is dan dat van een veldkanon. Ook in dit licht beschouwd, schijnt een nuttig vermogen van 300 K.G.M. te groot. Neemt men voor het voorgestelde kanon een even groot nuttig vermogen als dat van het Nederlandsche veldkanon, dan daalt de aanvankelijke snelheid tot ongeveer 380 M., d.i. nog minder dan bij het tegenwoordige veldgeschut van 7 c.M. L. A. 1) Ook zijn wij ten opzichte van de practische bruikbaarheid van het kanon Warin niet zoo hoopvol gestemd als de Heer G-ooszen. Een eenigszins lang aangehouden vuur zal eene hooge tempe ratuur en dus uitzetting van de kernbuis ten gevolge hebben: zou deze uitzetting geen aanleiding tot eenige, zij 't dan ook tijdelijke, klemming in den mantel kunnen worden? Hét uit- eennemen zal dan niet zonder vertraging geschieden. Uitvoerige proeven zullen hierop een afdoend antwoord moeten geven. Op grond van een en ander zijn wij niet overtuigd, ja, be- 1) Bij 7 c M. L. A. bedraagt de aanvankelijke snelheid 392,2 M.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 296