932
in deze benarde tijden moeilijk aan eten kwamen, niets liever
wenschten dan zoodra mogelijk weer in vrede met de kompenie
te leven.
"Van den beraamden aanval op Oemar's stellingen was in-
tusschen niets gekomen.
De marine hield echter hare demonstratie in de Kroeng Raba-
baai. Yier oorlogsschepen namen schuilplaatsen van volk en
bergplaatsen van Oemar's voorraden in de IV Moekims onder vuur.
De beide volgende dagen werd het landschap Lepong door haar
getuchtigd.
Tweede tocht naar de XIII Moekims Toengkoeb.
Na den weinig succesvollen tocht naar de XIII Moekims Toeng
koeb op den 30en April t. v., was het wenschelijk die land
streek op nieuw door onze troepen te doen bezoeken.
Onder bevel van den luitenant-kolonel H. Bendien rukte daar
toe de hierbij aangegeven colonne uit.
Commando.
Colonnecommandant: luitenant kolonel H. Bendien.
Stafofficier: kapitein v/d. Gen. Staf H. C. Kronouer.
Adjudantle luitenant der infanterie C. J. Asselbergs.
Infanterie.
5e Bataljon, commandant luitenant kolonel C. J. Laceulle,
sterk 16 off. en 525 minderen.
7e Bataljon, commandant majoor J. R. Jacobs, sterk 18 off.
en 500 minderen.
9e Bataljon, commandant kapitein der Infanterie H. F. de
Moulin, sterk 14 off. en 565 minderen.
Zes brigades marechaussee, commandant le luitenant H. M.
Yis, sterk 94 karabijnen.
Cavalerie.
Een half Escadron, commandant ritmeester Jhr. L. D. C. de
Lannoij, sterk 3 officieren en 64 sabels en bij
elke colonne 5 ordonnansen.
Artillerie.
2 sectiën der le Bergbatterij, commandant kapitein G. J. E.
Nauta, sterk 3 officieren, 53 minderen, 4 rijpaar
den, 20 trek- en draagdieren en 4 vuurmonden,,
waarbij 96 Gr., 96 G. K. T. en 32 K. schoten.