938 In gestrekten galop ging de cavalerie er toen op los, maar de vijand verdween bij tijds over de Kroeng Kali. De Eur. cavalerist Zomerdijk No. 41298, werd daarbij ernstig gewond. Tot 10 u. v.m. bleef de cavalerie verder de Kroeng Kali en het aan de overzijde der sawah gelegen terrein observeeren. Ook met de patrouille Happé werd verband gekregen; in het algemeen was het terrein voor het ruiterwapen zeer bruikbaar gebleken. De artilleriecommandant had met zijn twee sectiën berg in den N. rand van kampong Kroeng Kali eene stelling ingenomen, terwijl de compagnie Linck de versterking in die kampong be zette en zooveel mogelijk slechtte. Op verzoek van den wd. controleur en van het sagihoofd der XXVI Moekims T. Nja Banta en met toestemming van den Gewestelijk Militairen commandant, die de colonne gevolgd had, werden de bezittingen van Teungkoe Sjech van Kroeng Kali, die ons in werkelijkheid niet zoo kwaad gezind was, gespaard. Voor den terugtocht werden nu de noodige bevelen gegeven. De artillerie moest met hare dekking onmiddellijk terug mar- cheeren en met het front naar het Z. O. op 300 M. Z. W. van Perampoean eene opnamestelling innemen. Het 9e Bataljon kon in omgekeerde volgorde als bij den op- marsch teruggaan en door Lam Poedjo naar den viersprong marcheeren. Ook het 7e Bataljon zou te lOu. v.m. door hetzelfde terrein dat het 's morgens gepasseerd had, terugtrekken. De compagnie Linck van het 5e Bataljon had weer den weg door Lam Klat, Lam Genoi en Lam Poe-oe te nemen, de beide andere compagniën echter den grooten weg via Toengkoeb. De cavalerie marcheerde lOu. v.m. af, vóór de compagnie Linck uit. De patrouille van luitenant Happé bleef voor de achterste compagnie van het 7e Bataljon, teneinde op een mogelijk opdrin gende vijand te chargeeren. Toen de vijand bij dien terugmarsch nogal op kwam zetten, werd te lOu. 55' v.m. een peloton infanterie van het 5e Bataljon

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 334