965 Aangezien sommige uwer lezers wellicht belang zullen stellen in het onderwerp en opdat zij zullen weten, waar zij mijn bijdrage kunnen vinden, ben ik zoo vrij U te verzoeken dit schrijven een klein plaatsje in te ruimen in het tijdschrift. Hopende dat dit verzoek zal worden ingewilligd, ook opdat men uit de omstandigheid, dat mijn bijdrage verscheen in een Nederlandsch perio diek, niet de conclusie trekke, dat ik het Indisch Militair Tijdschrift, dat daarvoor als aangewezen scheen, zou hebben gepasseerd, verblijve. Achtend Uw Dienstw. Dienaar. W. Vries, gep. majoor-intendant. Met leedwezen ontving de redactie bovenstaand schrijven van den gep. majoor-intendant Vries, met leedwezen, omdat het haar daaruit blijkt, dat een gewezen officier, die getoond heeft toewijding voor dit tijdschrift te hebben, zich niet vereenigen kan met de inzichten naar aanleiding van een aangeboden artikel. Of er behalve de in het schrijven aangehaalde motieven nog andere bestonden, die den afgetreden redacteur genoopt hebben het stuk niet te plaatsen, is ons niet bekend, doch hoe het ook zij, in elk geval spreekt de tegenwoordige redactie den wensch uit, dat het voorgevallene den ma joor Vries niet moge afschrikken zich als medewerker van dit tijdschrift te blijven beschouwen. Red.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 361