976 b Onlusten in de onderafdeeling Larantoeka of Oost-Flores en op het eiland Adoenara 1904. Oorzaak. Als hoofdoorzaak der onlusten in genoemde landstreken moet aangemerkt worden de houding en het optreden van den zelfbesturenden radja van Larantoeka, Don Lorenzo. Reeds lang stond deze bij het Bestuur bekend als een sluw,, koppig en aanmatigend hoofd, die zich alles dacht te kunnen veroorloven, daarbij steunende op de vermeende onmacht van het Gouvernement om zich krachtig te kunnen doen gelden. De in April 1902 als zoodanig opgetreden Resident van Timor en Onderhoorigheden was reeds in November van dat jaar van oordeel, dat een gestreng optreden tegen genoemd hoofd, over wien gedurig nieuwe klachten werden ingebracht, dringend noo- dig was, wilde men dien slechten geest niet op de naburige landschappen zien overslaan. Op 's Residents aandringen voldeed echter Don Lorenzo in genoemde maand aan alle gestelde eischen. In het geheim bleef hij echter steeds tegen het Bestuur intrigeeren en wel voorna melijk op het eiland Adoenara. Op dat eiland was reeds sedert geruimen tijd het bergvolk van Hinga in verzet tegen zijn radja,, dien van Adoenara; in dat verzet werd het gesteund door het bergvolk van Kiwong-Ona (hoofd Djoega) dat onder Larantoeka ressorteerde. Het Bestuur nu vermeende, en alles wees er op, dat die meening de juiste was dat de radja van Larantoeka in het geheim Djoega aanzette tot een gewapend optreden—al dan niet in vereeniging met Hinga—tegen den radja van Adoenara, ten einde langzamerhand alle bergkampongs van Adoenara los te scheuren en onder zijn invloed te brengen. Don Lorenzo gaf echter de verzekering van het tegendeel, nam voor den vorm maatregelen tegen Djoega's handelingen en gelastte hem zich van inmenging in aangelegenheden van anderen te onthouden. In de maanden April, Mei en Juni 1904 namen de ongeregeld heden en onderlinge twisten op Adoenara steeds toe, voorname lijk door Djoega's brutaal optreden en het zich steeds meer uit breidend verzet van Hinga. Zoo viel Djoega in April en later ook in Juni de onder Adoenara ressorteerende kampong Horowoera aan, en in laatstgenoemde maand eveneens de kampong Hone-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 372