1040 past, bv. bij verrassingen, en dan series van 100 schoten ach tereenvolgens. De tactische eenheid is de sectie, waarvan de commandant de mitrailleurs in stelling brengt en daar het vuur leidt. Toch moet de compagniescommandant de sectiën zoo in de hand hou den, dat hij op alle gebeurtenissen voorbereid is en onmiddellijk kan handelen. Het reglement vordert echte „ruiterzin" in de mitrailleur compagnieën Het tactische doel der mitrailleurcompagnieën is de gevechts kracht der cavalerie te vergrooten. Groote beweeglijkheid, ver rassend optreden, een kort, doch vernietigend vuur, zijn de hoofd trekken van hun optreden. Stuksgewijze mogen de mitrailleurs niet aangewend worden. Ook het optreden van de geheele compagnie wordt vermeden,, omdat deze dan lichter onklaar kan worden. Aan sectiesgewijze in het vuur brengen wordt de voorkeur gegeven. Op marsch buiten bereik des vijands marcheeren de compag nieën tusschen het le en 2e Regiment, binnen bereik des vijands bij de voorhoede. Op de snelheid van beweging der cavalerie mag de toevoeging van mitrailleurafdeelingen geen invloed hebben. De bergmitrailleurcompagnieën zijn bestemd voor den St. Got- hard en St. Maurice. De mitrailleurs worden door de manschap pen op den rug gedragen. Iedere compagnie bestaat uit 2 (soms 3) sectiën en telt in het eerste geval 2 officieren, 60 minderen en 4 geweren. De manschap pen dragen per man 500 patronen. Allen hebben bergstokken. Benemarken. Hier werd ingevoerd een draagbare mitrailleur, door den mi nister van Oorlog Rekylgevaer uitgevonden en naar hem ge noemd. Deze machinegeweren werden ingedeeld bij de cavalerie. Het geweer weegt 6 K.G. en wordt aan den zadel bevestigd. Het paard draagt bovendien 300 patronen in houders van 30 stuks. België. Ook hier worden proeven met machinegeweren genomen. Turkije. 12 machinegeweren zijn aangekocht en ten deele sectiesgewijs aan de 4 jagerbataljons toegevoegd.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 436