1044 „Waar worden de paarden dan vertrouwd gemaakt met het zoo geaccidenteerde terrein, dat men overal in Indië vindt?" Langs den aloon-aloon zijn eenige slooten, en deze doen steeds dienst als een oefening in geaccidenteerd terrein op het programma staat. Stel, dat men dagelijks in een Indisch terrein een bepaald aantal kali s meent te mogen verwachten, dan wordt evenveel malen een der beroemde slooten langs den aloon-aloon overgetrokken. Verder kan men de paarden aan afwisselende terreinritten gewennen, door de rit naar Ambarawa, benteng om en terug daarmee te varieeren, dat men op de even dagen van de maand de benteng rechts, op de oneven dagen linksom rijdt. Tegen een andere indeeling van de dagen zal geen bezwaar bestaan, vei moed ik, doch dit wordt overgelaten aan het initiatief van de instructeurs. „Men is dus in den natten tijd veelal aangewezen op de bin- nen-maneges Mijn God meneer, wat spreekt u in hoogdravende taal! Bin- nenmaneges! Och, was er maar één goede, eenvoudige, goed- koope binnenmanege, wat zouden mensch en dier dankbaar wezenNeen, zoo iets is al te schoonwel is waar wordt een binnenmanege in landen waar het nog veel minder regent als onmisbaar beschouwd, doch hier moet men het maar in den moddei zien te doen, of heelemaal niet. Neen, een binnenma- nege, ik huiver als ik denk aan iets zoo grootsch, zoo ongewoon bij een indische remontebatterij. „Dan profiteert men in den drogen tijd dus flink van de bui tenmaneges, en zijn die buitengewoon goed?" "Waar in den natten tijd modder is, is in den drogen tijd stof. Weliswaar hoort in een manege zand, dat is echter te weelde rig voor onze remonte. Maar ze zijn bruikbaar, want men moet ze wel gebruiken! Een nadeel, dat nooit is weg te cijferen, zijn de ongehoorde mas sa s paarden-, gewone-en andere vliegen, mroetoe's, muskieten en hoe die vliegende verscheurende dieren meer mogen heeten. Mensch en dier worden er door gekweld. De Sandelwood was nog vrij flink behaard en kon wat gekriebel velen, maar nu de Aus- traliëis aan de orde zijn, is het bezwaar bijna onoverkomelijk.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 440