GROOT ATJEH VAN 21 APRIL TOT 28 JUNI 1896. Vervolg van bis. 946. (Met plaat XXIV.) Excursie naar cle Moekim Lam Tengah. Voor de excursie waren de nevenvermelde troepen aangewezen: Commando: Luitenant kolonel Bisschoff van Heemskerk. Chef v/d. Staf. kapitein v/d. Gen. Staf H. C. Kronouer. Adjudant le luitenant adjudant E. A. van Kappen. 7e Bataljon Infanteriesterk: 16 officieren en 474 minderen, commandant majoor J. K. Jacobs. het half 5e Bataljon Infanteriesterk8 officieren en 249 minde ren, commandant luitenant kolonel C. J. Laceulle. de 4e Bergbatterijsterk: 8 officieren en 89 minderen, 12 rij-en 36 trekpaarden of draagdieren, 6 vuurmonden met volle munitieuitrusting, commandant kapitein A. Bangert. één peloton cavaleriesterk: 32 sabels, commandant le luitenant C. W. van Haaff. één detachement genietroepensterk: 1 officier en 32 minderen, commandant 1 luitenant E. J. de Rochemont. éen ambulance onder den officier van gezondheid 2e klasse F. S. van Hettinga Tromp, en 20 minderen met dwangarbeiders. Ten slotte een detachement van de verschillende posten ter sterkte van 2 officieren en 75 man. Voor het geval de bevolking gewapend verzet pleegde, moesten alle versterkingen genomen en geslecht, de daarin aanwezige woningen verbrand en alle bezittingen van het moekimhoofd verwoest worden. Dl. II, 1905. 73

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 459