647 zijn en de machinegeweren later geheel bij de cavalerie en wel bij de grootere zelfstandige verbanden zullen overgaan, ter vervan ging van ontbrekende infanterie; evenals in Oostenrijk zijn (1903) in Duitschland bij die cavalerie-verbanden Jagerbataljons inge- ceeld, die echter, de snelle bewegingen der ruiterij niet kun nende volgen, feitelijk alleen in den toestand van rust een steun voor de cavalerie vormen. In 1903 werden de cavalerie-afdee- gen te Berlijn en Potsdam in de behandeling van machine geweren geoefend, hetgeen wel wijst op een nadere aansluiting bij de cavalerie. 1) Plet Oostennjksche leger telt 2 machinegeweer-afdeelingen waarvan er een is ingedeeld bij een cavalerieregiment en de andere voor den bergoorlog bestemd is. 2) In Denemarken is bij elk eskadron van de huzarenregimen- ten een Madsen-geweer-sectie van 3 geweren ingedeeld. 3) In Zwitserland zijn 4 machinegeweer-compagnieën ingedeeld by de vier cavalerie-brigades. Aangezien de Zwitsersche cava lerie met sterk is - elke brigade telt 720 paarden terwijl rii- ence aitilleiie geheel ontbreekt, wordt de ruiterij door de indee- lmg van een betrekkelijk sterke machinegeweer-afdeeling grooten- deels ontheven van het gevecht te voet, zoodat zij al hare krach ten kan bezigen voor de uitvoering van den ophelderingsdienst. 4) Het vorenstaande, gevoegd bij de omstandigheid, dat in Eu ropa het zeer uitgebreide net van spoor-,tram-en andere wegen en de aanwezigheid van vele en velerlei transportmiddelen in staat stellen kleine infanterie-afdeelingen zoo noodig toch betrek kelijk spoedig te verplaatsen, zal wel de hoofdreden zijn dat de mogendheden m Europa Engeland uitgezonderd er niet toe overgaan m vredestijd bereden infanterie in het leven te roepen. Er is echter meer! In vele staten wordt de cavalerie door eskundigen voor haar uitgebreide en veel omvattende oorlogstaak te zwak geoordeeld en het zijn voornamelijk financieele redenen ie weernouden tot uitbreiding van dat wapen over te gaan. Zal men nu, indien men zich in deze richting meer geldelijke opoffe- 1) Jahrbüeher 1903. Juli-December. 2) Int. Revue 1903. 3) I. M. T. 1905. Jan. 4) Militair Weekblad 1903 No. 14. Dl. II, 1905. 45

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 45