1099 De 5e compagnie, waarbij de ambulance, als reserve daarachter. Te 4 u. 45' v.m. werd in de richting Lam Manjang afge marcheerd. Nauwelijks onderweg, viel de commandant der 3e compagnie, de kapitein F. W. G. C. L. Steup, in een kuil in het terrein en bezeerde zich zoodanig, dat hij het commando over zijne com pagnie op den len luitenant Ferguson moest overdragen en zelf naar Lamtih terugkeer en. Ter hoogte van het steenen graf van Teungkoe Mesir gekomen, werd in N.W. richting afgebogen, ten einde Lam Manjang van uit het N. aan te vallen, dus in den rug van de in den Oostrand gelegen versterking. Kampongs noch bentengs waren bezet, zoodat zij 5 u. 15' v.m. in ons bezit waren, zonder dat er een schot gelost was. De vijand scheen echter wel van onze komst verwittigd. Aanhoudend weerklonken de signalen op buffelhoorns in de richting van Lam-Isi. De versterkingen en loopgraven in Lam Manjang bleken van weinig beteekenis te zijn. In den N.O. hoek van Lam Tengah lag eene versterking met een lilla bewapend, in de Z.O. hoek van Lam Awi en in Lam Isi waren ook een paar bentengs te zien. De sawahs ten N.W. en Z. van Lam Manjang waren zeer dras sig. In N.W. richting lagen in die sawahs eenige tjots, die 's vijands opstelling begunstigden. Het O. deel der kampong werd aan de le, het Z. aan de 3e en het W. deel aan de 4e compagnie ter bezetting aangewezen. De reserve bleef midden in de kampong. Later werd de ambulance naar het O. deel verplaatst en hare dekking aan eene sectie'van de le compagnie opgedragen. Te half zes trachtte de korpscommandant met de 3e compag. nie in Z. richting naar Lam Isi door te gaan. In de sawah gekomen kreeg die troep uit het Z., W. en N.W. zulk een over stelpend vuur, dat er dadelijk dooden en gewonden vielen. Daar Overste Soeters geen kans zag om zonder aanmerkelijke verliezen den aanval door te zetten, besloot hij op Lam Man jang terug te trekken. Nu eenmaal het vuur geopend was, bleef de vijand de kam pong van alle zijden onder vuur houden, zoodat wij ook daar-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 495