1107 Arthur" zegt de schrijver, majoor Schroeter, slechts dat volgens Russische berichten in het begin van het beleg van Russische zijde luchtscheepvaartmaterieel geimproviseerd werd. Volgens Engelsche berichten werd van Japansche zijde meermalen van den ballon gebruik gemaakt. Omtrent de beschieting staat ech ter niets vermeld. 't Valt daarom toe te juichen in den schrijver N. E. L. dat hij deze punten tot een onderwerp zijner beschouwingen heeft gekozen en hoewel hij geenszins zal verwachten, dat zijn arti kel de noodige klaarheid in deze materie heeft gebracht, even min als ik dit van het mijne verwacht, zoo blijft het toch een onmiskenbaar voordeel dat hierover van verschillende zijden een meening wordt ten beste gegeven 1). Slechts door het vraagstuk van meerdere kanten te beschou wen, kan hieromtrent het noodige licht worden ontstoken en na veelvuldige proeven op het schietterrein tot het vaststellen van regels leiden, waarnaar men in oorlogstijd heeft te handelen- Alvorens tot de eigenlijke bespreking van het beschieten van kabelballons over te gaan, komt het mij gewenscht voor in 't kort aan te geven wat in de buitenlandsche reglementen hier omtrent staat aangegeven. Daar het gebruik van kabelballons zoowel in den veld-als ves tingoorlog zal voorkomen en in beide gevallen het optreden hier tegen in hoofdzaak gelijk zal zijn, terwijl voorzoover Indië be treft bij bereden- en vestingartillerie hiervoor vuurmonden van ongeveer gelijk ballistisch vermogen in aanmerking zullen komen (voor de vestingartillerie de kanonnen van 7.5 c.M. L/35 en L/30 en 7 c.M. L/28 2) en voor de veldartillerie het intevoeren snel vuur geschut) zoo zullen zoowel de buitenlandsche schietregels- voor vesting- als veldgeschut hier een plaats vinden. 1) Eén opmerking moet mij echter van het hart. Waar schrijvers artikel nagenoeg in zijn geheel is vertaald uit een gelijkluidend stuk, voorkomende in de Mitth. van 1897 (Augustus en September) van de hand van den Oostenrijkschen majoor Emil Eschler, (de gegevens voor de oostenrijksche vuurmonden werden door N. E. L. vervangen door die der indische), daar had het m. i. wel voor de hand gelegen hier met een enkel woord melding van te maken. N. E L. heeft echter de verantwoordelijkheid van zijn stuk op zich genomen, zoodat ik mij in het hier volgende ook uitsluitend tot hem zal wenden. 2) (N. E. L.) noemt ook 12 c.M. L/40, 't geen juist zou zijn, indien de weinige vuurmonden van dit kaliber, niet een speciale bestemming hadden, geheel afwijkend van het onderwerp dezer bespreking.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 503