1110 salvo's de ruimte tusschen de grenzen van 100 M. onder vuur genomen. B. Veldartillerie. 1. Frankrijk 1) Toegepast wordt het z.g. „tir progressif" d.w.z. na bepaling van de grenzen van 200 M. wordt op 4 afstanden, 100 M. velschillende, een strooivuur afgegeven; de kleinste afstand is die, welke 100 M. minder is dan de nauwe grens. Gedurende het inschieten (met G.K.) tracht men de spring- punten ter hoogte van den bovenkant van den ballon te brengen Van zijdelingsche waarneming wordt niet gesproken. Bij het voortgezet vuur wordt het springpunt verhoogd tot 6 %0 (normale S.H. 3 °/00), ten einde de grootere breedte van den spreidingskegel te kunnen benutten. Als noot omtrent dit laatste staat nog aangegeven „Het is niet noodzakelijk dat de G.K. kogels bij het treffen „van den ballon een groote snelheid hebben, noch dat de tref- „ferdichtheid groot is." 2. Duüschlancl(2) Afstand wordt met behulp van de kaart geschat. Waarneming van het en geschiedt met behulp van zijdelingsche waarnemers. Meestal zal de B. C. alleen de zijde lingsche afwijkingen kunnen waarnemen. Met G.K. wordt de grens van 100 M. bepaald bij gebruik van den opzet. Bij het inschieten wordt stuksgewijze geladen. Het voortgezet vuur geschiedt door tusschen de gevonden grenzen te strooien, waarbij men de springpunten vóór en bo ven den ballon moet trachten te krijgen. 8. Nederland. (3) Afstand wordt geschat of zoo mogelijk uit de kaart bepaald Richting direct. Waarneming van het en met behulp van zijdelingsche waarnemers 1) Zie „Reglement de manoeuvre de l'artillerie de campagne. Première partie 1903." 2) Zie „Schiessvorschrift für die Feldartillerie 1899." 3) Zie „Exercitiereglementen Veld- en Rijdende artillerie. I. Scholen te voet B. 1901."

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 506