1127 Die verklaring is te merkwaardig om hier niet even te ver melden. Hij zegt Een oorlogsballon gevuld met waterstofgas heeft een stijgkracht van 60 K.G. De kabel is berekend op een stijgkracht van 113 K.G., zoodat deze voor den oorlogsballon sterk genoeg is. Een proef ballon (zonder waarnemers, korf, enz.) gevuld met waterstofgas heeft een stijgkracht van 260 K.G., zoodat deze onmogelijk door den kabel zou kunnen worden gehouden. Volkomen juist, maar wanneer nu de ballon eens niet met zuiver waterstofgas, maar met een mengsel van dit gas met lucht gevuld is, en daardoor stel een stijgkracht van 100 K.G. bereikt, dan is toch eerstens de kabel sterk genoeg en ten twee de de stijgkracht van den proefballon nog 40 K.G. meer dan van den oorlogsballon. De bewering van den Russischen schrijver is dus geenszins onmogelijk, maar integendeel zeer goed te verklaren. Trouwens waar Eschler een uitvoerig betoog houdt om ter wille van het bevuren van kabelballons, naast de bestaande G.K. een gewijzigde in te voeren, waarin dan de kogeltjes twee aan twee door een kettinkje van 1 d.M. verbonden zijn, om daardoor grooter scheuren in den ballon te slaan 1), zou ik bijna geneigd zijn, genoemd schrijver niet geheel au sérieux te nemen. Als motief tegen het vergrooten van het interval zou nog kunnen gelden het verminderen van de snelheid bij het treffen der G.K. kogels. Dit geldt hier echter in geenen deele. Zooals de Fransche schietregels aangeven, is het nietnoodig dat de kogels bij het treffen van den ballon een groote snel heid hebben. Meer genoemde Russische schrijver geeft zelfs aan, dat de G.K. kogels nog 700 a 750 M. voorbij het springpunt voldoende kracht hebben om het omhulsel van den ballon te doorboren. Al is deze afstand wellicht wat optimistisch groot genomen en al zal men zekerheidshalve op niet meer dan 400 M. moeten rekenen, in ieder geval overschrijden deze getallen het gewenscht interval nog verre. Houdt men aan deze 400 M. vast, dan zal dus een G.K., mits 1) En ook om daardoor tot een grooter interval te geraken. Dl. II, 1905. 77

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 523