1128 in een niet te ongunstige baan gelegen, zelfs bij een springhoog- te van 7 maal de normale nog eenige uitwerking beloven. Hiermede is mijn bespreking van N. E. L's artikel afgeloopen. Slechts dit zou ik den schrijver nog willen toevoegen: Ver wacht toch in de werkelijkheid niet te veel van allerlei kunst middeltjes, die misschien op het schietterrein eenig succes be loven, maar die onder 's vijands vuur al spoedig zullen blijken niet te zijn toe te passen. Ik doel hier o. a. op zijn: „Aanwijzingen voor de waarne mingsposten." Begrijp ik schrijver goed, dan moet de waarnemer met richt- vlak in de batterij in de eerste plaats de bewegingen van den ballon volgen, om daarop c. q. te kunnen corrigeeren. Hiervoor zal hij dus die bewegingen hebben te volgen en te gelijkertijd op het horloge dienen na te gaan in hoeveel tijd een bepaald aantal °/00 is doorloopen, om den B. C. gelegenheid te geven de noodige correcties aan te brengen in verband met de beweging van den ballon en den vluchttijd van het projectiel. Bij het afgaan van het schot heeft hij te zorgen, dat de ballon onder in den kijker staat, terwijl dan hoogte- en zijdelingsche afwijkingen door allerlei kunstgrepen dienen bepaald te worden. Nu heb ik wel eenig vertrouwen in onze waarnemerser zijn er zelfs zeer goede onder. Maar evenals in alle andere functies vormen de middelmatigen het gros en hiermede dient men reke ning te houden om der werkelijkheid geen geweld aan te doen. L. Willehse. lste Luitenant Artillerie.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 524