1151
Padi, varkens, geiten, kippen en klappers waren in ruime
mate aanwezig.
Gedurende eenige uren patrouilleerden 2 groepen rondom het
bivak; enkele vijanden moesten door deze neergelegd worden.
Aan het civiel bestuur werden door de bevolking 10 olifants
tanden ter waarde van f 1600 ingeleverd, vele voorlaadge
weren (vuursteen) waren buitgemaakt.
Voorloopig bleef de troep te Lekloewo om meerdere aanra
kingen met de bevolking te krijgen.
Yan vijandelijkheden was na den val van Lekloewo geen sprake
meer, hoewel het nog enkele dagen zou duren voor de bevol
king overal in de kampongs teruggekeerd was en de opgelegde
boeten betaald waren.
Reeds den 22en, dus den dag na het gevecht, meldden zich
het districtshoofd van Wollo (waaronder Lekloewo behoort) met
100 volgelingen en dat van het aangrenzende Lowingo met 50 man.
Nog dienzelfden dag kwamen eveneens de hoofden van Ble-
panawa hunne onderwerping in het bivak aanbieden, en ten
slotte ook die van Lekloewo, waaronder zich de hoofdaanleggers
van het verzet bevonden.
Deze laatsten, drie in getal, werden gevankelijk naar de „Pe-
likaam' overgebracht. Gedurende het transport trachtte een
hunner te ontvluchten, waarop hij werd neergelegd.
Den 23en werd een tocht ondernomen naar Blepanawa, waai
de hoofden blijken gaven van hunne goede gezindheid en onder
worpenheid door hunne hoofddoeken aan de voeten van contro
leur en colonnecommandant te leggen en dezen een handkus
te geven. De troep werd op klappers onthaald. Een boete
van 1000 werd in olifantstanden voldaan. Den 24en werd nog
maals uitgerukt naar Riang Gomi, Lowero en Lowingo, aldaar
was alles eveneens rustig. Aan alle bevelen werd voldaan, de
boeten werden betaald.
Ook de volgende dagen werd ijverig gepatrouilleerd, totdat
op den 26en een groep, die ter overbrenging van een gevangene
naar Meloewatoe was geweest, het bericht van den resident van
Timor meebracht, dat gedurende de afwezigheid van de troepen
van Timor Koepang in nabij gelegen gouvernements kampongs
33 lieden vermoord en hunne koppen gesneld waren, terwijl nog