1156 Den 12en keerde eene afdeeling met picolpaarden naar Pariti terug om rijst te fourageeren, die in de landstreek in onvoldoende hoeveelheid aangetroffen werd. Dienzelfden dag maakte de ons welgezinde zelfstandige Fettor van Amabi O Efetto zijne opwachting, tevens de komst van gezanten van den keizer van 'Amanoebang (Zuidkust) aankondigende. Daar er plannen hestonden eerst Noordwaarts op te rukken, werd den Fettor verzocht mede te deelen, dat de keizer later zijne opwachting kon komen maken. Eerst den 13en kwam men in meer ernstige aanraking met den vijand, die zich in de rots Belatoe versterkt had. De rots naderende, waren eenige hutten ontdekt, in welker nabijheid eenige vrouwen en kinderen gezien werden. Men riep hun toe niet te vluchten, doch toen men dadelijk daarop een groot aantal gewapende mannen naar de rots zag toeloopen, werd het vuur geopend. De vijand beantwoordde dit van uit de rots. Deze versterking werd genomen, 3 dooden, w. o. ongelukkiger wijze eene vrouw, bleven in onze handen. De rotsvesting bestond uit eene borstwering van ongeveer 75 Meter lengte, die op 10 Meter vóór de rots aangelegd en opgezet was uit rots blokken, tot eene dikte van één, en hoogte van twee Meter. Yóór de borstwering bevond zich eene bamboedoeri-versperring van 2,5 Meter hoogte, die aan beide zijden aan de rots was aangeleund. De rots was ongeveer 25 M. hoog en voorzien van vele doorloopende gangen en spelonken. De bezetting dezer versterking, die, voorzoover zij niet was ontkomen, in de rots was gevlucht, moest, door het aanleggen van vuren voor eenige uitgangen en het bewaken van de andere, tot overgave gedwongen worden. Na eenigen tijd kwamen 2 mannen, 3 vrouwen en 7 kinderen te voor schijn; in de spelonken werden nog 2 lijken gevonden, benevens vier vuursteengeweren en blanke wapenen. Onder de gesneuvelden was de meo (voorvechter) Bai. Sanan van Be latoe, onder de gevangenen Eno Bait, radja moeda van Manoebait. Nog dienzelfden dag keerde de patrouille naar Nekon terug, waar in- tusschen ook het vivrestransport was aangekomen. Te Pariti was ver nomen, dat tijdens de afwezigheid van het detachement op 6 paal afstand van die plaats een aanval op een paai'dentransport der bevolking had plaats gehad, waarbij een Rottinees gedood, een ander gewond was. Den 15en September werd opgerukt naar Taimetan in het Tatoe-Siki- gebied, alwaar een bivak betrokken werd. Taimetan is gedeeltelijk op eene rots gebouwd, waarin zich doorloopende gangen bevinden; groote voorraden levensmiddelen werden hierin aangetroffen. Deze plaats, even als alle naburige kampongs, was verlatenslechts door enkele schoten verraadde de vijand zijne tegenwoordigheid. Na een vergeefschen tocht naar den berg Lala Asoe, in welker na-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1905 | | pagina 552